Depositio ad sanctos, het in de 4e en 5e eeuw veelvuldig
bij de christenen van Rome voorkomend gebruik,
zich in de catacomben bij het graf van een
martelaar te laten begraven. Het hangt samen met
de grote betekenis die de martelarenverering in deze
tijd kreeg. 'Depositio' is een oude christelijke aanduiding
voor begrafenis of dood (equivalent van
het griekse κατάθεσις). Sedert ca. 250 vinden wij
ook 'depositus' dikwijls in inscripties. Buiten Rome
is de uitdrukking duidelijk minder frequent. Vgl. bv.
Sacramentarium Gelasianum 3, 105: cuius depositionis
diem septimum (vel) tricesimum celebramus.
In de Chronographicus van 354 is 'depositio' de aanduiding
van de dag waarop bisschoppen en martelaren
zijn bijgezet.
Lit. H. Leclercq (DAL 4, 668-673). - E. Freistedt, Altchristliche
Totengedächtnistage (Münster 1928). [Bartelink]