Epitaphius

Epitaphius (ἐπιτάφιος λόγος), lijkrede, meer in het bijzonder de rede die in Athene door een daartoe door de Raad aangewezen burger werd uitgesproken bij de begrafenis of de jaarlijkse herdenking van de in de oorlog gevallenen. Het schema van de e., een van de oudste vormen van het kunstproza, was conventioneel: opsomming van de verdiensten der gesneuvelden, samenvatting van de roemvolle daden van hun land in het verleden, woorden van troost voor de nabestaanden, aansporing tot de toehoorders om het voorbeeld van de overledenen na te volgen.

Zes van zulke attische epitaphii zijn bewaard gebleven:
1. de e. van Pericles na het eerste jaar van de peloponnesische oorlog, in de bewerking van Thucydides (2, 35-46);
2. de e. gehouden door Hyperides in 322 voor de gevallenen van de lamische oorlog;
3. een e. van Lysias (?), gehouden bij een niet nader te bepalen gelegenheid;
4. een korte e. opgenomen in Lycurgus' rede tegen Leocrates (338), op de gevallenen van Chaeronea ;
5. een - ten onrechte - aan Demosthenes toegeschreven e.;
6. in Plato's Menexenus draagt Socrates een e. voor, die naar zijn zeggen door Aspasia was opgesteld om door Pericles te worden gehouden.
Een fragment bezitten we van een e. van Gorgias.


Lit. R. Gossmann, Quaestiones ad Graecorum orationum funebrium formam pertinentes (Diss. Jena 1908). L. Weber, Solon und die Schöpfung der attischen Grabrede (Frankfurt 1935). G. Colin, L'oraison funèbre d'Hypéride. Ses rapports avec les autres oraisons funèbres athéniennes (REG 51, 1938, 209-266, 305-394). M. Pohlenz, Die attischen Reden auf die Gefallenen (Symbolae Osloenses 25, 1947, 46-74). N. Loraux, L'invention d'Athènes. Histoire de l'oraison funèbre dans la 'cité classique' (Paris 1981). [Nuchelmans]


Lijst van Auteurs