Timocles (Τιμοκλῆς) van Athene, blijspeldichter
van de z.g. Midden-Komedie, die tussen 350 en 310
vC werkzaam was. Van zijn stukken, die uitmuntten
door geestige vondsten, kennen we 27 titels en bezitten
we een veertigtal fragmenten. Titels als Ἥρωες
en Κένταυρος wijzen op mythenparodieën,
Πολυπράγμων
(Bemoeial), Ἐπιψαιρέκακος (Leedvermaak)
en Φιλοδικαστής (De man die graag rechter
is) op typenkomedies. Uit de fragmenten blijkt dat
T. persoonlijke bespotting van politici (o.a.
Demosthenes
en Hyperides) niet schuwde. Interessant is
een betoog over de werking van de tragedie (fragment
6, uit de Διονυσιάζουσαι, Vrouwen op het
Dionysus-feest): in vergelijking met het lijden dat
op het toneel wordt uitgebeeld acht de toeschouwer
zijn eigen ellende gering, en hij wordt er bovendien
door opgevoed.
Lit. Fragmenten in Th. Kock, Comicorum Atticorum Fragmenta 2
Leipzig 1884 451-466, J. Demianczuk, Supplementum Comicum
Krakau 1912 88v en, met engelse vertaling in J. Edmonds The
Fragments of Attic Comedy 2 (Leiden 1959) 600-626. - A. körte
(PRE 6A,1260-1262). [Nuchelmans]