Tukulti-Ninurta, naam van twee koningen van Assyrië.
(1) Tukulti-Ninurta I regeerde van 1244 tot 1208 vC over Assyrië
en bracht het land tot een machtshoogtepunt,
waaraan echter bij zijn val een plotseling eind
kwam. Niet alleen in politiek doch ook in literair
opzicht is zijn regering van betekenis. Een epische
tekst over T.-N.s oorlog met Babylon (het z.g. Tukulti-Ninurta-epos)
is het best bewaarde stuk in dit
genre. Tijdens zijn regerin duurden de oorlogen in
de Naïri-landen (Armenië en Urartu) en aan de oostgrens voort. Rond
1230 vC versloeg T .-N. Kastilias IV, en maakte zich
voor zeven jaar meester van de suzereiniteit over
Babylonië, doch zijn naam komt niet voor in de lijsten
van babylonische koningen. In Bogazköy zijn
resten van diplomatieke correspondentie uit zijn tijd
bewaard. Zijn regering eindigde met een opstand
van zijn zoon Assur-nadin-apli. Inscripties zijn over
uit Assur, voor de bouw van het z.g. Nieuwe Paleis
en de stadsmuur, en uit zijn nieuwe residentie Kar-Tukulti-Ninurta
op de andere Tigris-oever.
Lit. E. Weidner, Inschriften T.-N.s I und seiner Nachfolger (AfO,
Beiheft 12, Graz 1959). R. Borger, Einleitung in die assyrischen
Königsinschriften 1 (Leiden/Köln 1961) 70-97. E. Weidner, Studien
zur Zeitgeschichte T.-N.s I (AfO 13, 1939-1940, 109-124). A.K.
Grayson, Assyrian Royal Inscriptions 1 (Wiesbaden 1972) 101-134.
P. Machinist, Literature as Politics: the T.-N. epic and the Bible
(Catholic Biblical Quarterly 38, 1976, 455-482).
(2) Tukulti-Ninurta II was koning van Assyrië van 890 tot 884
vC. Zijn regering vormt het voorspel voor het optreden
van Assurnasirpal II en Salmanassar III.
Zijn belangrijkste inscriptie, het tweede tablet van
een bericht over de jaren tot 885, beschrijft vooral
zijn optreden tegen de Naïri-landen (Armenië en Urartu) en een expeditie
tegen Babylonië via de Tartar en langs de Eufraat
en de Chabur. Een mededeling over paleisbouw
wijst op bestuurlijke reorganisaties. Inscripties
zijn er uit Assur en Ninive, terwijl een stèle uit
Terqa en een inscriptie voor een paleis uit Kahat
Tell Barri) getuigen van expansies naar de Midden
Eufraat.
Lit. W. Schramm, Einleitung in die assyrischen Königsinschriften 2
(Leiden/Köln 1973) 8-11. Id., Die Annalen des T.-N. II (BiOr 27,
1970, 147-160). A. K. Grayson, Assyrian Royal Inscriptions 2 (Wiesbaden
1976) 97-112. H. Kühne, Zur Rekonstruktion der Feldzüge
Adad-Nirari II, T.-N. II und Assurnasirpal im Habur-Gebiet (Baghdader
Mitteilungen 11, 1980, 44-70).
[van Driel]