Çatal Hüyük, een van de belangrijkste en grootste
(13 ha) tot dusver bekende neolithische nederzettingen
uit het Nabije Oosten, gelegen in de (alluviale)
vlakte van Konya, in Z.-Turkije, sinds 1961
voorwerp van onderzoek van een engelse archeologische
expeditie onder leiding van James Mellaart.
Ç. floreerde volgens radiocarbondateringen tussen
ca. 6500 en 5650 vC, waarbij men 12 niveaus kan
onderscheiden. Het dorp bestaat uit een onregelmatig
conglomeraat van huizen (vierhoekig met
woon- en bergvertrek), gebouwd van lemen tichels
op een bakstenen fundament. Per vier of vijf huizen
vindt men een eveneens rechthoekig heiligdom.
Straten ontbraken; de huizen waren toegankelijk via
dakopeningen met ladders. Ieder woonvertrek had
twee, soms in kleuren gepleisterde platforms (divans),
waaronder de doden werden bijgezet, waarop
men sliep, at en werkte. Op de vloeren lagen rietmatten.
De economie van het dorp was gebaseerd op landbouw en veeteelt (verbouw van o.a. gerst, Einkorn, tarwe, erwten; oliewinning uit eikels, amandelen en noten; kleinvee, buiten het dorp in kralen gehouden) en handel en industrie (winning en bewerking van obsidiaan, vuursteen, kleurstoffen - o.a. gele en rode oker -; vervaardiging van kralen, hangers, stenen en houten vaakwerk, cultusbeeldjes). Aardewerk treft men eerst in laag 10 en vooral na laag 6 (ca. 5900 vC) aan. De hoge technische vaardigheid der bewoners blijkt uit fraai bewerkte messen, speerpunten, obsidiaan-spiegels, stenen vaten, kralen van halfedelsteen en gegoten uit koper of lood en fijn geweven textielproducten.
De bevolking was dolichocephaal. De doden werden eerst ontvleesd (door verbranding en door gieren) en daarna in lappen of matten gewikkeld bijgezet in de huizen of heiligdommen. De begravingen - vooral vrouwen en kinderen - bevatten tal van bijgaven, o.a. de bovengenoemde kunstprodukten, voorts kettingen, armbanden, schrninkpaletten en zegels van gebakken klei; nooit aardewerk of terracotta-beeldjes.
Kunst en godsdienst van de bewoners van Q. kent
men vooral door cultische inventaris en wandschilderingen
der heiligdommen, waarvan er een groot
aantal in de onderscheiden niveaus (vooral uit 8-6
en 3) aan het licht zijn gekomen. Ze waren versierd
met schilderingen in diverse kleuren (vooral oker
en rood), variërend van effen vlakken, met geornetrische
motieven, diverse symbolen, mensenhanden,
horens en kruisen tot uitgewerkte scenes als: een
vulkaanuitbarsting nabij het dorp, een tafereel van
gieren die lijken aanvreten, jachtscenes (in laag 3)
e.d. Voorts vindt men er tal van reliëfs in kalk of
klei van stieren, luipaarden, rammen en éénmaal
een vrouwen(godinne?)-figuur, naast losse elementen
als stierehorens, vrouwenborsten, schedels van
vossen, wezels en gieren. Aan beeldhouwwerk zijn
tal van afbeeldingen van een vrouwelijke godheid
- als meisje, barende vrouw en oude vrouw - te
voorschijn gekomen, soms in combinatie met een
andere vrouw, een jongen of een mannelijke godheid,
die een minder prominente plaats schijnt in
te nemen. Een kenmerkend onderdeel van de uitrusting
der heiligdommen waren tenslotte de stierekoppen
en -horens, aangebracht in lemen banken
en op pilaren, soms ook als complete protomen.
met wijduit staande horens in een rood geschilderde
nis geplaatst. Men krijgt de indruk dat de vruchtbaarheids-
en chthonische elementen domineren,
naast mogelijke voorouderverering. Het sexuele
wordt niet speciaal geaccentueerd.
De jongere lagen van C., vanaf 3, vertonen verwantschap
met Haçilar 9-6 (meer naar het westen
gelegen). De latere fasen van deze ongedacht
hoog ontwikkelde neolithische cultuur liggen misschien
verborgen onder het op de andere oever van
de rivier gelegen Çatal Hüyük West.
Lit. J. Mellaart, Excavations at Qatal Hüyük (Anatolian
Studies 12-15, 1962-1965). Id. Earliest Civilizations of the
Near East (London 1965, 77-100). Id., Çatal Hüyük The
World's oldest City, Illustrated London News van
28 mei, 4 en 11 juni 1966 (vgl. de nummers van 9 en 16
juni 1962; 26 jan., 2 en 9 febr. 1963; 1, 8, 15 en 22 febr. en
9 mei 1964). Id., Çatal Hüyük (London 1967). [Veenhof]