Het bouleuterion
Deze oorspronkelijk overdekte raadszaal meet 21 bij 21 m. Aan
weerszijden van het altaar telde hij 10 rijen,
maar achterin 16; deze
laatste waren in de rots uitgehouwen. Bovenaan de laatste rij stonden
vierkante pilaren die het dak
stutten. Daar was ook een looppad waardoor
men achterin links door een tweede uitgang naar de Athenestraat erboven
kon gaan.
Aan de voorkant kwam men door twee deuren in de Noordhal
van de Agora, de Heilge Stoa. Op het altaar waren naast de gebruikelijke
guirlandes ook de koppen te zien van Asclepius (oostzijde), Hermes
(noordzijde), Heracles (westzijde) en Apollo (zuidzijde).
De kop van
Apollo is het zwaarst beschadigd, maar er is een riem om zijn schouder
met daaraan een pijlkoker.
De zaal is gebouwd
omstreeks 200 vC. In de christelijke tijd is het
gebouw door brand verwoest. Er konden 600 à 700 mensen
plaats nemen, dit is
vrij veel gezien de bevolkingsomvan van Priene.
Het zou dus i.p.v. een raadszaal een 'ekklesiasterion', zaal voor
de volksvergadering,
geweest kunnen zijn.