Sybaris (Σύβαρις), griekse stad in Zuid-Italië,
gesticht door kolonisten uit Achaia
en Troezen, die
zich omstreeks 720 vC in de vlakte bij de monding
van de rivieren Crathis en Sybaris vestigden op de
plaats van de latere romeinse kolonie Copia.
Door zijn vruchtbare omgeving leverde
S. veel landbouwproducten, o.a. koren, en
ook de wijn werd algemeen geprezen. Een belangrijk
deel van haar rijkdom had de stad bovendien te
danken aan de handel in producten die uit het
oosten, o.a. uit Milete, werden aangevoerd. Weelde
en verwijfdheid van de Sybarieten waren
spreekwoordelijk.
Op het hoogtepunt van zijn macht (ca. 570 vC)
beheerste S. een groot territorium van 25 steden en
vier volkeren. Een handelsroute verbond het met
de dochterstad Paestum.
De rivaliteit met Croton,
dat veel minder gunstig lag wegens het
ontbreken van een achterland, liep in 510 vC uit op
een gewapend conflict. S. werd verwoest en de
Crathis werd omgeleid over het stadsgebied.
Nadien hebben de oude inwoners geprobeerd een
nieuwe stad te stichten, pogingen die tenslotte
uitliepen op de stichting - op dezelfde plaats - van de
panhelleense kolonie Thurii onder leiding van
Athene. In 194 vC werd hier tenslotte de romeinse
colonia Copia gevestigd.
S. lag in een alluviale vlakte. Bij de opgravingen van 1932 werden door U. Zanotti Bianco in de omgeving van Parco del Cavallo de resten van een klein romeins theater ontdekt; dit bleek later, na de grootscheepse opgravingen van de jaren zestig en zeventig, te zijn aangelegd op oudere huizen uit het begin van de 1e eeuw vC. Bij het recente onderzoek zijn ook resten van het stratenplan van na 444 vC (Thurii) aan het licht gekomen. Op enkele plaatsen heeft men bovendien nog bewoningssporen uit de archaïsche tijd teruggevonden. Deze gaan terug tot in de periode van de vroegste stad (ca. 700 vC). De oudste huizen bestonden uit een sokkel van rivierkiezels, waarop de muren in tichelsteen waren gebouwd; de daken waren met dakpannen bedekt. Ook uit de periode na de verwoesting van 510 vC zijn er vondsten gedaan, waaruit blijkt dat de verwoesting niet zo compleet was als de antieke bronnen doen geloven.
In het plaatselijk museum zijn de kleine vondsten uit
het stadsgebied en uit de omgeving van S. tentoongesteld. Op de Peutinger kaart (foto rechts: rechtsonder) wordt de opvolger van Sybaris Thurii (=Turis) genoemd.
Lit. H. Philipp (PRE 4A, 1005-1010). P. Zancani Montuoro (EAA 7, 249-253). F. G. Rainey (Princeton Encyclopedia of Classical Sites, Princeton 1976, 869v). - Opgravingsverslagen In Notizie degli Scavi, Suppl. 1969, 1970, 1972. - F. G. Rainey/C. M. Lerici edd., The Search for S. 1960-1965 (Rome 1967). O. H. Bullitt, Search for S. (Philadelphia/New York 1969; duitse vertaling Die Suche nach S., Stuttgart 1971). P. Zancani Montuoro, Sibari e Thuri (Atti e Memorie della Societa Magna Grecia 1974). P. Guzzo, Guida archeologica di Sibari Trebisacce 1976). E. Greco, Magna Grecia (Rome/ Bari 1980) 114-131. [J. A. de Waele]