Heliodorus

Heliodorus (Ἡλιόδωρος), griekse eigennaam. Vermelding verdienen:

(1) Heliodorus, griekse auteur over metriek uit de 1e eeuw nC, geprezen door Marius Victorinus en Priscianus. Hij schreef naast traktaten over speciale onderwerpen een handboek over metriek. Zijn systematisering van de verschillende metra, die uitgaat van acht grondpatronen, heeft grote invloed gehad op latere auteurs, o.a. op Hephaestion; fragmenten van zijn studies over de metrische bouw van de koorliederen van Aristophanes zijn in de Aristophanes-scholia bewaard gebleven.


Lit. O. Hense (PRE 8, 28-40).


(2) Heliodorus van Emesa (3e of 4e eeuw nC), auteur van de langste en best leesbare griekse roman, Αἰθιοπικά of Τὰ περὶ Θεαγένην καὶ Χαρίκλειαν Αἰθιοπικά getiteld. Deze verhaalt in tien boeken de liefdesgeschiedenis van Theogenes en Charielea. Laatstgenoemde, een blanke dochter van de koning van Ethiopië, wordt na haar geboorte te vondeling gelegd, maar komt terecht in de handen van een griekse priester, die haar naar Delphi brengt en als zijn eigen dochter verzorgt. Theagenes, een nakomeling van Achilles, wordt op het meisje verliefd en met behulp van een egyptische priester, Calasiris, die door de moeder van Chariclea uitgezonden is om haar op te sporen, verlaat het paar Delphi en bereikt na vele avonturen de kust van Egypte. Daar raken de drie van elkaar gescheiden, maar ze vinden elkaar terug in Memphis, waar Calasiris overlijdt. De beide geliefden, die zich soms uitgeven voor broer en zuster, doorstaan nogmaals talloze gevaren en geraken tenslotte in ethiopische gevangenschap. Doordat Chariclea juist op tijd door haar moeder wordt herkend, ontkomen ze aan de offerdood en huwen.

De roman is knap gecomponeerd; zijn structuur lijkt veel op die van de Odyssee. Taal en stijl zijn sterk retorisch gekleurd, maar vervallen zelden in buitensporigheden. Dit alles en het feit dat de auteur zijn figuren rijkelijk met stichtende trekken heeft bedacht, verklaren de grote populariteit van Heliodorus' roman in de byzantijnse tijd. Ook in de 17e en 18e eeuw werd hij weer hoog gewaardeerd; vele motieven eruit werden door de literatuur van die tijd overgenomen.


Lit. Uitgaven: editio princeps van Opsopoeus (Basel 1534). Beste recente edities: A. Colonna, Heliodori Aethiopica (Rome 1938). Met franse vertaling: R. Rattenbury/T. Lumb/ J. Maillon, Héliodore, Les Éthiopiques 1-3 (Paris 1935-1943, ²1960). Duitse vertaling: R. Reymer, Die Abenteuer der schönen Chariklea (Zürich 1950). - K. Münscher (PRE 8, 20-28). GGL 2, 820-823. - H. Dörrie, De Longi Achillis Tatii Heliodori memoria (Diss. Göttingen 1935). V. Hefti, Zur Erzählungstechnik in Heliodors Aethiopika (Diss. Basel, Wien 1950). W. Stechow, Heliodorus' Aethiopica in Art (Journal of the Warburg Institute 16, 1953, 144-152). R. Helm, Der griechische Roman (Göttingen 1956) 37-43. E. Feuillatre, Études, sur les Éthiopiques d'Héliodore (Paris 1966). R. Helm, Der antike Roman² (Göttingen 1956) 37-43.[Nuchelmans]


Lijst van Auteurs