Hermippus

Hermippus (Ἕρμιππος), griekse eigennaam. Vermelding verdienen:

(1) Hermippus van Athene, attische komediedichter uit de tweede helft van de 5e eeuw vC. De oudheid kende 40 stukken van H., waarvan ons elf titels bekend zijn, o.a. Ἀγαμέμνων, Ἀρτοπώλιδες (De bakkersvrouwen; o.a. tegen de demagoog Hyperbolus) en Μοῖραι (De schikgodinnen; met een heftige aanval op Pericles); slechts enkele tientallen fragmenten zijn van zijn stukken bewaard gebleven. H. zou ook tegen Aspasia een aanklacht wegens goddeloosheid hebben ingediend.


Lit. Fragmenten bij J. Edmonds, The Fragments of Attic Comedy 1 (Leiden 1957) 284-311. - A. Körte (PRE 8, 844v).


(2) Hermippus van Smyrna, griekse biograaf uit de 3e eeuw vC, werkzaam te Alexandrië. Hij schreef levens van beroemde mannen, o.a. van de grote griekse wetgevers, van de zeven wijzen en van Pythagoras, Aristoteles, Gorgias, Hipponax en hun leerlingen. Daarbij sprong hij zeer vrij om met het rijke materiaal dat zich in de alexandrijnse bibliotheek bevond en laste ook veel eigen verzinsels in. Het werk van H. is door latere auteurs, vooral door Plutarchus en Diogenes Laërtius veelvuldig als bron gebruikt, meer dan uit de bewaard gebleven, van zijn naam voorziene citaten af te leiden valt. Satyrus en H. zijn de voornaamste vertegenwoordigers van de griekse biografie in de hellenistische tijd.


Lit. Fragmenten bij C. Müller, Fragmenta Historicorum Graecorum 3 (Paris 1849) 35-54. - Heibges (PRE 8, 845-852). Schürer 3, 625-627. [Nuchelmans]


Lijst van Auteurs