Anthesteria (Ἀνηεστήρια) driedaags 'bloemenfeest' te
Athene (en blijkbaar in verschillende ionische plaatsen),
in de maand Anthesterion (februari/maart) gevierd. Het was een
feest van contrasten, zowel een lente- en vreugde-
als een dodenfeest. Het bestond uit de Πιθοιγία,
de Χόες en de Χύτροι. De eerste dag was het feest
van het openen van de wijnkruiken, op de tweede
werd de nieuwe wijn in kruiken meegebracht en
plechtig gezegend. Ook de kinderen verschenen met
kleine kruiken. Verder vond de epifanie van
Dionysus
plaats, die op een scheepswagen (vgl. carnaval!), omringd door
Silenen,
de stad binnenreed, waarna hij de basilinna,
de vrouw van de archon basileus, de hoogste sacrale
beambte, huwde (volgens Nilsson een sympathiebetovering
om de vruchtbaarheid van de velden te
bevorderen). Volgens sommigen vond deze epifanie
plaats op de grote Dionysiën (aldus E. Bethe, Hermes
61, 1926, 463), volgens Nilsson e.a. echter op
de A. De Χύτροι waren een dodenfeest. Reeds op de
avond te voren (volgens de sacrale dagrekening begon
de dag bij de Grieken met de zonsondergang)
kookte men een panspermie (potten met allerhande
gekookte vruchten) waarvan niemand proefde en die
naar de doden werd gebracht. Waarschijnlijk vond
er ook een wateroffer plaats. Men heeft in de
Πιθοιγία ook wel een dodenfeest gezien, maar er is
geen reden om de pithoi als graf-pithoi op te vatten.
De verbinding van het dodenfeest met het lentefeest
schijnt oud te zijn, maar Dionysus is er als lente- en
wijngod eerst later bij betrokken en hij speelt in
het zielenfeest geen rol.
Lit. L. Deubner, Attische Feste (1932) 93-122. G. van Hoorn,
Choes and Antbesteria (Leiden 1951). M. P. Nilsson, Geschichte
der griechischen Religion 1² (München 1955) 594-598.
[Bartelink]