Stater
 |
Een zilveren stater van Aspendus (4e eeuw vC) |
Stater (στατήρ letterlijk 'weger'?), naam van het
oudste in Griekenland
geslagen muntstuk (7e eeuw
vC), dat vele eeuwen als standaardmunt in gebruik
is geweest, hetzij in zilver hetzij in goud. De
zilveren
s. van Aegina, die in de 7e eeuw een uitgebreid
handelsgebied beheerste, woog 12,57 gram en gold
als het equivalent
van het gewicht van twee drachmen
zilver; toen men ook munten met het gewicht
van een drachme ging slaan, kreeg de drachmemunt
dus de waarde van een halve stater. Athene
en vele andere steden volgden oorspronkelijk de
aeginetische muntstandaard, maar
gingen achtereenvolgens
over tot een eigen standaard. Door toedoen
van
Solon voerde Athene, in navolging van
Chalcis op Euboea, in het begin van de 6e eeuw
vC de zilveren s. van 8,73 gram in. Ca.
540 vC
werd deze vervangen door een zilveren stuk ter
waarde van vier drachmen, de attische tetradrachme
(17,46 gram), die de
meest gangbare hoofdmunt
werd in Griekenland en dat bleef in de volgende
eeuwen, zodat ook deze tetradrachme dikwijls
met
de naam s. werd aangeduid.
S.s. van goud of electron werden aanvankelijk (7e
en 6e eeuw vC) alleen in Lydië (Croesus) en in
enkele steden op de kust van Klein-Azië geslagen;
veel overeenkomst daarmee vertoonde de sinds
ca. 515 vC door de perzische koningen uitgegeven
dariek. De door
Philippus II,
Alexander de Grote
en de hellenistische monarchen massaal in omloop
gebrachte gouden s. van ca. 8,6 gram werd
in de hellenistische periode snel tot de belangrijkste
gouden munteenheid van het gehele Middellandse-Zeegebied
en gold als het equivalent van vijf zilveren
attische tetradrachmen (= 20 zilveren attische
drachmen).
Lit. K. Regling (PRE 3A, 2172-2177). Id. in F. von Schrötter,
Wörterbuch der Münzkunde (Berlin 1930) 656v.
[Nuchelmans]