Porta Maggiore
De plaats waar deze poort staat, was in de oudheid al een ingewikkeld
knooppunt: de Via Labicana en de Via Praenestina komen daar samen
bij een aantal aquaducten, nl. de Anio Vetus, gebouwd in 272 vC
die daar onder de grond liep, de aqua Marcia uit 144 vC,
de aqua Tepula uit 125 vC, de aqua Iulia uit 33 vC en later ook nog
de aqua Claudia en Anio Novus die beide begonnen zijn door Caligula in
38 nC en voltooid door Claudius in 52 nC. De laatste twee lopen over
de bogen van de porta Maggiore heen. Deze poort is pas bij de bouw
van de muur van Aurelianus een poort geworden; daarvoor was hij alleen
een aquaduct. Bovenaan is een inscriptie te lezen:
TI CLAVDIVS DRVSI F.CAISAR AVGVSTVS GERMANICVS PONTIF(EX) MAX(IMVS)
TRIBVNICIA POTESTATE XII COS
V IMPERATOR XXVII PATER PATRIAE
AQVAS CLAVDIAM EX FONTIBVS QVI VOCABANTVR CAERVLEVS ET CVRTIVS A MILLIARIO XXXXV
ITEM ANIENEM
NOVAM A MILLIAR. LXII SVA IMPENSA IN URBEM PERDVCENDAS
Tiberius Claudius, zoon van Drusus, Caesar Augustus Germanicus Pontifex
Maximus heeft toen hij voor de 12e keer tribunus (plebis) was, voor de
5e keer consul, voor de 27e keer imperator, vader des
vaderlands, de Aqua
Claudia uit de bronnen die Caeruleus en Curtius werden genoemd, vanaf de
45e mijlsteen en eveneens de Anio
Nova vanaf de 62e mijlsteen op zijn
eigen kosten naar de stad laten trekken.
Voor de poort staat het grafmonument voor bakker
Eurysaces, dat in ca. 30
vC werd opgericht, bijna 80 jaar voordat het aquaduct werd gebouwd (op de foto in de linker doorgang).