Johannes Smetius filius


Antiquitates Neomagenses / Nijmeegse Oudheden

de vertaling: pdf van het boek (7,3 Mb)

aanvullingen op de vertaling

probleem-passages
frontispice | clickable map frontispice
Latijnse tekst | corrigenda op Latijnse tekst
persbericht | recensies
Citaat Antiquitates Neomagenses als motto in boek van Jacob von Melle
brief aan Paul Voet van Winssen
drie gedichten van Huygens op de collectie Smetius
home


Top


Probleem-passages

Zoals ik schrijf in het Nawoord op pagina 198 is er een aantal probleem-passages: citaten die ik niet heb kunnen thuisbrengen, personen over wie ik geen informatie heb kunnen vinden, onbekende spreekwoorden. Hieronder volgt die lijst, in een grove indeling: klassieke schrijvers, niet-klassieke schrijvers en varia.
Het kan natuurlijk zijn dat Smetius zich vergist heeft bij bepaalde citaten ...
Opmerkingen en -lossingen ontvang ik graag op
smetius@stilus.nl. Deze bijdragen zal ik op deze pagina bijeenbrengen.

Klassieke schrijvers: Aelianus | Artemidorus | Chrysostomus | Cicero | Demosthenes | Diodorus | Justinianus | Lucianus | 'Miltiades' | Pausanias | Petronius | Plato | Plutarchus | Strabo | Ulpianus | Varro

Niet-klassieke schrijvers: Casaubonus | Chiflet | Licetus | Manutius | Pamelius | Paradinus | Patinus | De Peiresc | Scaliger | Vivianus | Vossius | Walther / Gualtherus

Varia: Apostel; kinderen uit water getrokken | Euarthes | Nicaea tweede concilie | Gerard Noodt | spreekwoord | spreekwoord  

 

Bron/citaat Spreekwoord/gezegde?
vertaling pagina 10, regel 16 / Latijnse tekst pagina 3, regel 13
ut minuta folia, qua sub arbusculis latent, persequerer
om de nietige blaadjes die verborgen gaan onder de boompjes, na te speuren
Zie ook
pagina 147

Terug

Bron/citaat. Chiflet
vertaling pagina 12, regel 4 / Latijnse tekst pagina 5, regel 5 van onder
Chiflet / Claudius Chiffletius, De numismate antiquo liber posthumus, 1628
Dit boek is niet in Nederland (volgens NCC), wel in Herzog August Bibliotheek (Wolfenbüttel) en diverse bibliotheken in Frankrijk (via www.bnf.fr)
Zie ook pagina 107

Terug

Bron/citaat. Plutarchus
vertaling pagina 22, regel 9 van onder / Latijnse tekst pagina 20, regel 8
ut, (quod notat Plutarchus) ad avertendam aciem malignam ac Fascini plenam, infantes rem turpiculam, ut puerorum custodem collo suspensam gestarent
dat (Plutarchus vermeldt dit) baby's een obsceen voorwerp, zoals de talisman die bij kinderen om de nek hing, droegen om het boze oog vol toverkracht af te wenden

Terug

Bron/citaat. Lipsius
vertaling pagina 25, regel 21 / Latijnse tekst pagina 25, regel 6
Vir summus Justus Lipsius existimavit hos annulos cum clavibus ad duplicem fuisse usum, signandi aperiendique
De grote Justus Lipsius meende dat deze ringen met sleutel een tweeledig doel dienden: zegelen en openen

Terug

Bron/citaat. Nicaea, tweede concilie
vertaling pagina 35, regel 15 / Latijnse tekst pagina 42, regel 16
Vide Nicaenam II, Act. VI & Decret. Dist: III. de consecratione capite, sext. S. Synod
Zie tweede concilie van Nicaea, handeling 6 en verordening 3, het hoofdstuk over wijding van het zesde heilige concilie

Terug

Bron/citaat. Plato
vertaling pagina 35, regel 3 van onder / Latijnse tekst pagina 43, regel 12
viridi Smaragdino colore, qui Platoni Spei … Symbolum est
de groene kleur van smaragd, voor Plato het symbool van hoop
Zie ook pagina 78; identiek citaat

Terug

Bron/citaat. Apostel; kinderen uit water getrokken
vertaling pagina 38, regel 5 en 13 / Latijnse tekst pagina 47, regel 15 en 23
meminerit Apostoli, & puerorum, qui ex aqua extrahuntur
laat hij zich dan de apostel en de kinderen die uit het water getrokken worden herinneren
Wordt met Apostel hier Paulus of Petrus bedoeld? Misschien I Petrus III.20?
Zie ook pagina 42; identiek citaat

Terug

Bron/citaat. Pamelius
vertaling pagina 40, regel 9 van onder / Latijnse tekst pagina 52, regel 18
Infantium … communio, quam Pamelius in annotationibus ad Librum Cypriani de Lapsis diu post Augustinum durasse negat
de communie voor kinderen waarvan Pamelius in zijn opmerkingen bij Cyprianus' 'De afvalligen' zegt dat zij Augustinus niet heeft overleefd

Terug

Bron/citaat. Apostel; kinderen uit water getrokken
vertaling pagina 42, regel 17 / Latijnse tekst pagina 55, regel 20
meminerit Apostoli, & puerorum, qui ex aqua extrahuntur
laat hij zich dan de apostel en de kinderen die uit het water getrokken worden herinneren
Wordt met Apostel hier Paulus of Petrus bedoeld? Misschien I Petrus III.20?
Zie ook pagina 38; identiek citaat

Terug

Bron/citaat. Ulpianus; Demosthenes
vertaling pagina 49, regel 18 / Latijnse tekst pagina 68, regel 4 van onder
Judicum Graecorum calculi duplices fuerunt, ut ex Ulpiani annotationibus in Demosthenem constat, quidam pertusi perforatique & nigri, qui condemnabant, alii integri & albi, qui absolvebant
De Griekse juryleden hadden twee steentjes zoals duidelijk blijkt uit het commentaar van Ulpianus op Demosthenes: zwarte met een gat erin die een veroordeling aangaven, en witte zonder gat die voor vrijspraak stonden
Ik heb gevonden: Aristoteles. Athenaioon Politeia 68 en 69, maar daar wordt niet de kleur genoemd van de doorboorde en gewone stemsteentjes

Terug

Bron/citaat. Miltiades
vertaling pagina 52, regel 7 / Latijnse tekst pagina 74, regel 2
stimulabat ... Miltiadae alium clara tropaea Ducem
de roemruchte overwinningen van Miltiades waren een andere leider tot voorbeeld
Wie is die andere leider? In voorgaande regel is de roem van Achilles het voorbeeld voor Alexander de Grote

Terug

Bron/citaat. Manutius
vertaling pagina 56, regel 10 van onder / Latijnse tekst pagina 81, regel 6
Aldus Manutius de Orthographiae ratione in festivo Sertii polensis Epitaphio
In zijn boek 'De correcte spelling' geeft Aldus Manutius een geestig grafschrift op Sertius van Polen
Wie is Sertius van Polen?

Terug

Bron/citaat. Petronius
vertaling pagina 58, regel 5 / Latijnse tekst pagina 83, regel 14
Fuerunt superioribus annis, qui istud incrustationis genus (quod encaustum & cum Gallis email vocamus) in aere pro novo iactabant, ad imitationem ejus, cujus in auro & argento, ut ex Petronio observare licet, semper usus fuit
In voorgaande jaren zijn er mensen geweest die dit soort versiering op brons, door ons gebrandschilderd en, met de Fransen, email genoemd, voor iets nieuws hielden, in nabootsing van wat er altijd op goud en zilver werd gebruikt, zoals er uit Petronius valt op te maken

Terug

Bron/citaat. Paradinus
vertaling pagina 63, regel 2 van onder / Latijnse tekst pagina 93, laatste regel 1
quod ex Paradino scio Lugduni exstare
waarvan ik via Paradin weet dat het zich in Lyon bevindt
Gulielmus Paradinus, Guillaume Paradin. CIL 13.1766 geeft: Paradin p. 419. Noch Symbola Heroica, noch in Chronicorum libellus, noch in Histoires de notre temps. Waarschijnlijk in Memoires de l'histoire de Lyon (1573, 1625, facsimile 1973). Dit boek is niet in Nederland (volgens NCC), wel in Bodleian Library (Oxford) en diverse bibliotheken in Frankrijk (via www.bnf.fr)

Terug

Bron/citaat. Licetus
vertaling pagina 70, regel 11 van onder / Latijnse tekst pagina 107, regel 17
Inde etiam Cl. Liceto Judice non difficile colligerem, fuisse illam lucernam ex illarum genere, quae semel impletae atque accensae non indigent nova liquoris alicujus adfusione vel ulteriori fomitis alterius adjectione ad diutissimam flammae suae conservationem
Daarom kan ik eenvoudig concluderen, op gezag van de beroemde Licetus, dat deze lamp behoorde tot de groep die, eenmaal gevuld en ontstoken, geen nieuwe aanvoer van lampenolie of andere extra brandstof nodig heeft om de vlam zeer lang te laten branden

Terug

Bron/citaat. Chrysostomus
vertaling pagina 77, regel 15 / Latijnse tekst pagina 119, regel 8 van onder
Chrysostomus ait Mulierum ornamentum esse cultum in speciem Lunae semiplenae ad cohonestandam cervicem
Chrysostomus zegt dat het een sieraad voor vrouwen is dat, als een halfwassen maan, gemaakt is ter ere van de hals

Terug

Bron/citaat. Plato
vertaling pagina 78, regel 7 van onder / Latijnse tekst pagina 122, regel 4
viridi Smaragdino colore, qui Platoni Spei … Symbolum est
de groene kleur van smaragd, voor Plato het symbool van hoop
Zie ook pagina 35; identiek citaat

Terug

Bron/citaat. Scaliger
vertaling pagina 83, regel 19 / Latijnse tekst pagina 130, regel 16
Illustris Scaliger arbitratur digitos ori esse admotos, quod Aegypti dicerent quosdam Deos, & inter caeteros, Orum cum Sole, ita esse natos
De beroemde Scaliger meent dat de vingers naar de mond zijn gebracht omdat de Egyptenaren zeiden dat sommige goden, onder anderen Horus en de zon, zo geboren zijn

Terug

Bron/citaat. Artemidorus
vertaling pagina 84, regel 26 / Latijnse tekst pagina 132, regel 8 van onder
Eosque [anseres] quoque in Isidis templo asservari & ali Artemidorus memoriae mandavit
Ook Artemidorus vermeldt dat zij [ganzen] in de tempel van Isis verzorgd en gevoederd werden
Cuper, de bron van Smetius, vermeldt bij deze passage in de kantlijn: IV.85. In moderne uitgaven bestaat boek 4, caput 85 niet

Terug

Bron/citaat. Euarthes
vertaling pagina 86, regel 6 / Latijnse tekst pagina 137, regel 7
quod memoriae tradidit Euarthes in Fabulosis, accipitrem fuisse sacratum Apollini
dat Euarthes in zijn 'Fabels' meldt dat de havik aan Apollo is gewijd
Wie is Euarthes? Of zou het Eustathius kunnen zijn (commentaar op Odyssee II.109.41)?

Terug

Bron/citaat. Pausanias
vertaling pagina 90, regel 21 / Latijnse tekst pagina 143, regel 8
Pausanias lib. V de Herculis Statua refert adeo vertustam esse, ut aetatem illius nemo possit prodere
Pausanias vermeldt in boek 5 een Hercules-standbeeld dat zo oud was dat niemand zijn leeftijd kon schatten
Aantal mogelijkheden: V.17.3, IV.32.1, VII.5.3 en II.4.5

Terug

Bron/citaat. Cicero
vertaling pagina 91, regel 7 van onder / Latijnse tekst pagina 145, regel 19
De canis autem veneratione leges apud Ciceronem in V. Tuscul
Lees over de hondenjacht Cicero, boek 5 van de 'Tusculaanse gesprekken'

Terug

Bron/citaat. Strabo
vertaling pagina 91, regel 6 van onder / Latijnse tekst pagina 145, regel 20
De canis autem veneratione leges apud ... Strabonem in XVII
Lees over de hondenjacht boek 17 van Strabo
Mogelijkheid zou kunnen zijn XI.4.5

Terug

Bron/citaat. Aelianus
vertaling pagina 92, regel 25 / Latijnse tekst pagina 146, regel 7 van onder
panthera, si vinum istic collocaris, quo ventitat, eo sic se inebriat, ut somno sopita capiatur, Aeliano test[e]
als je op een bepaalde plaats wijn neerzet, komt een panter daar steeds heen en hij drinkt daar zoveel van, dat hij dronken door slaap wordt overmand, getuige Aelianus

Terug

Bron/citaat. Varro
vertaling pagina 93, regel 6 van onder / Latijnse tekst pagina 148, regel 9 van onder
Hoc etiam Varro in Orig. scribit. Moris fuit Veterum puellarum, parvula quaedam puellaria Simulachra ex linteo insuere, deinde tomento infarcire, tum vestibus amicire. Haec Virgines pueritiam ingressae Veneri, tanquam Virginitatis suae insignia condonabant, ut faustum futurum matrimonium cederet
Dit schrijft Varro in zijn 'Oorsprongen': Het was de gewoonte van de meisjes van de Ouden om van linnen kleine meisjespoppen te naaien, ze van vulling te voorzien en ze aan te kleden. Als de meisjes op de drempel van hun puberteit stonden, schonken ze deze poppen, als het ware de tekens van hun kinderjaren, aan Venus om een gelukkig huwelijk te krijgen in de toekomst

Terug

Bron/citaat. Lucianus
vertaling pagina 97, regel 17 / Latijnse tekst pagina 154, laatste regel
Idem: ille accepto nomine, preces pro uno quoque facit, precando autem pariter et aureum quoddam tintinnabulum pulsat, quod motum graviter atque aspere sonat
Dezelfde: Nadat hij de aanklacht ontvankelijk heeft verklaard houdt hij gebeden voor iedereen, maar bij het bidden rammelt hij met een gouden belletje, dat zwaar en rauw zijn bewegingen begeleidt

Terug

Bron/citaat. Justinianus
vertaling pagina 97, regel 10 van onder / Latijnse tekst pagina 155, regel 20
Et apud Justinianum in legibus Rusticis tit. II, §. II. legere est, si quis crepitaculum sive tintinnabulum bovis, aut ovis, aut alterius cujusvis animalis sustulerit &c
Ook is bij Justinianus in zijn wetten over het platteland, artikel 2, sub 2, te lezen: Als iemand ratel of bel van rund, schaap of welk ander dier dan ook heeft weggenomen enzovoorts

Terug

Bron/citaat. Casaubonus
vertaling pagina 100, regel 3 van onder / Latijnse tekst pagina 162, regel 7
Ossa quoque quod cum Clarissimo Is. Casaubono certum & indubitatum ponimus , nondum plane dissoluta, nec in pulverem redacta, in urnam condebant
Ook de botten die nog niet helemaal verbrand en tot as geworden waren - dit durf ik met de doorluchtige Isaac Casaubonus zonder enig voorbehoud te beweren - borgen ze op in een urn

Terug

Bron/citaat. Patinus
vertaling pagina 106, regel 21 / Latijnse tekst pagina 171, regel 4 van onder
Quam typorum confusionem Celeberrimus Patinus ad Monetariorum incuriam tarducendam putat
De beroemde Patinus denkt dat deze wanorde in stempels toegeschreven moet worden aan nalatigheid van de muntmeesters

Terug

Bron/citaat. Chiflet
vertaling pagina 107, regel 16 / Latijnse tekst pagina 173, regel 16
Chiflet / Claudius Chiffletius, De numismate antiquo liber posthumus, 1628
Dit boek is niet in Nederland (volgens NCC), wel in Herzog August Bibliotheek (Wolfenbüttel) en diverse bibliotheken in Frankrijk (via www.bnf.fr)
Zie ook pagina 12

Terug

Bron/citaat. Diodorus; De Peiresc
vertaling pagina 113, regel 13 / Latijnse tekst pagina 184, regel 6 van onder
Scipio Asiagenes. … Confirmant excerpta Diodori Peireskiana
Scipio Asiagenes. Ook de uittreksels van Diodorus, uitgegeven door De Peiresc, bevestigen dit woord
Spanhiem geeft in de kantlijn: p. 381
Op pagina 105 onderaan (Latijn pagina 170, regel 4 van onder) wordt Nicolas-Claude Fabri de Peiresc (1580-1637) genoemd. Ik neem aan dat hier dezelfde persoon bedoeld wordt

Terug

Bron/citaat. Vossius
vertaling pagina 125, regel 14 / Latijnse tekst pagina 207, regel laatste regel
Juppiter hic effingitur superiori corporis parte nudus, inferiore tectus amiculo, quo significari volunt (teste eximio Philologo Ger. Ioh. Vossio) animas caelestes perspicere Dei naturam, vulgaribus illis, humilibus terrenisque curis immersis omnia esse tecta & obscura
Jupiter had een ontbloot bovenlichaam en droeg een kort kleed waarmee men volgens de eminente filoloog Gerard Johannes Vossius wilde aangeven dat het hemelse leven de natuur van God begrijpt en dat alles bedekt en duister is omdat de alledaagse, onbelangrijke, aardse zorgen diep verborgen zijn

Terug

Persoon. Gerard Noodt
vertaling pagina 126, regel 12 van onder / Latijnse tekst pagina 208, regel 8 van onder
consultissimus Juris Consultus & Antecessor Neomagensis Gerardus Noodt
de ervaren rechtsgeleerde, tevens mijn voorganger, Gerard Noodt uit Nijmegen
is antecessor een technische term/ambt of is hij de voorganger van Smetius? in welk opzicht voorganger?

Terug

Bron/citaat. Rudolph Walther, Rudolph Gwalther, Rudolphus Gualtherus, Rodolphus Walterus, Rod. Gwalterus (1519-1586)
vertaling pagina 145, regel 1 / Latijnse tekst pagina 244, regel 3 van onder
doctissimum Rud. Gualtherum, ... qui bursam Mercurio in manum dedit
de geleerde Rudolph Walther, die Mercurius zijn beurs in de hand laat houden
misschien in Pollux, Onomasticon, 1541, ed. Walther (UvA, RUL)?

Terug

Bron/citaat. Vivianus
vertaling pagina 147, regel 5 van onder / Latijnse tekst pagina 250, regel 15
Vivianus credebat florum caliculum, quod ex flore exspectentur fructus
Vivianus meent dat het een bloemkelk is omdat er vruchten uit de bloem komen

Terug

Bron/citaat. Spreekwoord/gezegde
vertaling pagina 147, regel 2 van onder / Latijnse tekst pagina 250, regel 19
ut veteri verbo dicitur, spes est in gramine
zoals het oude woord zegt: De hoop ligt in de grasspriet
Zie ook pagina 10

Top


Aanvullingen op de vertaling

  1. 2012-03-05; met dank aan Anna Weidenaar (familie van)
    Johann Leonhard Weidner

    2004: Informatie heb ik uit:
    1. Schevichaven, Nijmegen's verleden, deel II p. 258: Het betreft de Latijnsche School in 1654: "en dat de conrector, Joh. Leonh. Weidnerus, wegens "syn onbevalliche Hoogduytse spraecke", zou afgedankt worden."
    2. NCC: Johann Leonhard Weidner, ( - ca. 1655)
    3. RA Gelderland oud rechterlijk archief Nijmegen 101; fol. 438, 01-11-1648
    via http://home.quicknet.nl/mw/prive/j.lammers/regesten/overbet.htm
    "Derrick van Hattum mag gaan wonen in het huis waar Dr Weidnerus, prorector Latinae schole woonde. Deze gaat nl. naar Maastricht."

    Aanvulling 2012: Johannes Leonard Weydner (Weidenaar), gedoopt 11 november 1588 in Ottersheim, gestorven 5 februari 1655 in Heidelberg, bekend geleerde, was leraar aan de Latijnse school in Duisburg, was in 1623-1636 conrector van de Latijnse school in Nijmegen, was in 1636-1649 conrector van de Latijnse school in Maastricht en hierna (tot zijn dood) rector van het keurvorstelijk Gymnasium in Heidelberg (Palts).

    Vertaling pagina 20 onderaan aanpassen:
    Johannes Leonhardus Weidnerus uit de Palts
    Toevoegen pagina 206:
    Weidner, Johann Leonhard (1588-1655)     20

  2. 2011-06-08
    Vertaling pagina 107, regel 19 / Latijnse tekst pagina 173, regel 21
    Accursius in Commentario, quem Glossam vocant, ex Johanne Bassiano, a quo denique alii omnes
    Iets explicieter zegt Johannes Bassianus het in zijn uitleg, glossen genoemd, die alle anderen navolgen
    Vertaling aanpassen:
    Accursius geeft op grond van Johannes Bassianus in zijn glossen die alle anderen navolgen, de volgende uitleg:
    Toevoegen eindnoot:
    Het betreft het commentaar op 7.1.28.
    Toevoegen pagina 201:
    Accursius (1182-1263)     107
    Bassianus (-1197)     107

  3. 2011-06-07; met dank aan Frances Muecke
    Vertaling pagina 10, regel 32 / Latijnse tekst pagina 4, regel 2
    et non insuave est inter Musaei amoenitates attrectare elapsi aevi pignora et cernere Romam triumphantem non aliud fecerat votum Augustinus Antistes celeberrimus
    en het is geen straf je bezig te houden met de bewijzen van de vertreken tijd temidden van de bekoorlijkheden van de bibliotheek en het triomferende Rome te zien. Augustinus, de zeer beroemde bisschop, had geen andere wens
    Toevoegen eindnoot:
    Biondo, De Roma triumphante 1531, p. 2. Een eerdere bron is mij niet bekend.

  4. 2011-03-28
    Vertaling pagina 52, regel 4 / Latijnse tekst pagina 73, regel 3 van onder
    Toevoegen eindnoot:
    Appianus, Celtica 1.12.

  5. 2011-03-28
    Vertaling pagina 63, voetnoot b / Latijnse tekst pagina 92, onderaan
    Voetnoot aanpassen:
    Smetius noemt dit altaar wél maar bespreekt het níet, omdat het niet tot zijn eigen collectie behoort.

  6. 2006-02-12
    Vertaling pagina 65, regel 15 / Latijnse tekst pagina 96, onderaan
    Vertaling aanpassen:
    Voor de inheemse Jupiter, de beste en de grootste, heeft de oudgediende Brato gaarne en met reden dit altaar opgericht.

  7. 2006-02-12
    Vertaling pagina 101, regel 28 / Latijnse tekst pagina 163, regel 11 van onder
    Nec non Lib. VIII, Epigr. LI
    Quis labor in phiala? docti Myos? anne Myronis?
    Mentoris haec manus est?an Polyclete tua?
    Toevoegen vertaling tussen ik dacht 'van Phidias' en De pottenbakkersnamen op onze potten:
    En ook boek 8, gedicht 51: Wiens werk is deze schaal? Van de kundige Myos? Of Myro? Of is dit de hand van Mentor? Of de jouwe, Polycletus?
    Toevoegen eindnoot:
    Martialis, Epigrammata VIII.51.1-2.

  8. 2006-02-12
    Vertaling pagina 210, eindnoot 162
    Toevoegen:
    Plautus, Aulularia 701, Plinius, Naturalis historia XXXIII.§66, Herodotus, Historiae III.116, IV.13 en IV.27, Pausanias, Descriptio Graeciae I.24.6.

  9. 2005-05-22
    Vertaling pagina 151, regel 3 / Latijnse tekst pagina 256 [let wel: zetfout: 248], laatste regel
    Sed heus! nos manum de tabula
    Maar stop, handen van het papier
    Toevoegen voetnoot:
    Smetius combineert hier citaten uit Cicero en Plinius. Deze uitdrukking wordt door Cicero gebruikt om weer terug te keren naar de eigenlijke taak, zoals een leerling schrikt van de komst van zijn leraar omdat hij wat aan het schrijven of tekenen is op zijn schrijfplankje. Plinius geeft met de woorden manum de tabula aan dat een groot kunstenaar - genoemde Apelles - weet wanneer hij moet stoppen met een kunstwerk: te grote nauwkeurigheid werkt vaak contraproductief.
    Bescheidenheid én zelfbewustheid in de laatste woorden van dit boek!

  10. 2005-05-22
    Vertaling pagina 151, regel 3 / Latijnse tekst pagina 256 [let wel: zetfout: 248], laatste regel
    Sed heus! nos manum de tabula
    Maar stop, handen van het papier
    Toevoegen eindnoot:
    Cicero, Epistulae ad familiares VII.25; Plinius, Naturalis historia XXXV.§80.

  11. 2005-05-22
    Vertaling pagina 202, bij Cicero
    Toevoegen:
    151

  12. 2005-05-22
    Vertaling pagina 204, bij Plinius Maior
    Toevoegen:
    151

  13. 2005-05-22
    Vertaling pagina 212, eindnoot 297
    Toevoegen:
    Plinius, Naturalis historia XII.§131

  14. 2005-02-23; met dank aan Louis Swinkels
    Vertaling pagina 41, regel 2 / Latijnse tekst pagina 53, regel 3
    qui ADELINUM & DORESTATUM loquuntur
    met vermelding van AD ELINUM en DORESTATUM
    Toevoegen voetnoot:
    [M]ADELINU[S] M[ONETARIUS], muntmeester Madelinus. Het betreft hier gouden munten (trientes of tremisses) uit het tweede kwart van de zevende eeuw uit Dorestat. Op de ene kant de muntplaats, op de andere de muntmeester.

  15. 2004-07-30
    Vertaling pagina 89, regel 2 van onder / Latijnse tekst pagina 142, regel 9
    Codinus in Constantinop. Marsupium quoque designat Deum esse Mercatorum
    Codinus noemt in zijn 'Constantinopel' Marsupius ook de god van de kooplui
    Toevoegen eindnoot:
    Codinus, De antiquitatibus Constantinopolis, 1655, p. 15B

  16. 2004-07-30
    Vertaling pagina 135, regel 15 / Latijnse tekst pagina 226, regel 11 van onder
    Referente Georg. Codino de Originibus Constantinop. Citharam manibus tenere fingunt Apollinem, seu Solem, quoniam is autor est consonantiae omnium rerum
    Zie Georgius Codinus in zijn 'Het ontstaan van Constantinopel': Ze vertellen dat Apollo, de Zon, een lier in zijn handen houdt omdat hij de uitvinder is van de harmonie van alle dingen
    Toevoegen eindnoot:
    Codinus, De antiquitatibus Constantinopolis, 1655, p. 14A

  17. 2004-07-30
    Vertaling pagina 202, regel 34
    Toevoegen:
    Codinus, Georgius (15e eeuw)     89, 135

Top


Persbericht

Vertaling van Smetius' Antiquitates Neomagenses (1678) verschenen

300 jaar na de dood van Johannes Smetius (1636-1704) is nu de vertaling van zijn beroemde catalogus verschenen. Nijmeegse Oudheden beschrijft de uitgebreide collectie Romeinse vondsten en munten die vader en zoon Smetius in de zeventiende eeuw verzameld hadden.
      Smetius heeft zijn werk in 1678 uitgegeven, tijdens de onderhandelingen van de Vrede van Nijmegen. Zijn collectie had al snel grote faam verworven onder de diplomaten en zijn Latijnse catalogus bevestigde deze roem.

Smetius beschrijft al zijn Romeinse voorwerpen: hij geeft aan hoeveel exemplaren hij heeft en waarvoor ze gediend hebben. Het is een grote collectie variërend van olielampjes tot altaren, van bronzen weegschalen tot dobbelstenen, van dakpannen tot beeldjes. Telkens komt hij met citaten uit klassieke en oud-christelijke schrijvers maar ook refereert hij aan werken van zijn tijdgenoten. Nijmeegse Oudheden is zonder meer te beschouwen als een handboek voor de (toenmalige) geïnteresseerde leek.
      Ook de verzameling munten is groot, zo groot dat Smetius ermee gaat pronken. Hij geeft van een groot aantal keizers op rij een munt waarover niet eerder gepubliceerd is; van bepaalde keizers heeft hij zelfs meer dan dertig onbekende munten. Smetius zorgt voor heldere beschrijvingen en goede uitleg van de boodschap op de munten.

    
De tekst is integraal vertaald en alle afbeeldingen zijn overgenomen. Daarnaast zijn door Smetius in zijn tekst genoemde plaatjes toegevoegd en is er een uitgebreid bronnenapparaat opgenomen. Een kort nawoord van de vertaler completeert het geheel.
      De vertaling maakt dit werk toegankelijk voor archeologen, historici en numismaten, voor liefhebbers van de zeventiende eeuw en voor belangstellenden voor de kunst van het verzamelen, maar zeker ook voor geïnteresseerde Nijmegenaren en anderen.

Met Nijmegen, stad der Bataven (1999, opening Museum Het Valkhof) zijn beide archeologische hoofdwerken van Johannes Smetius vader en zoon nu in vertaling beschikbaar.

Nijmeegse Oudheden is in eigen beheer uitgegeven. Het boek is in Nijmegen te koop bij boekhandel De Feeks voor € 5,00. Tevens is het te bestellen door overmaking van € 8,00 (inclusief porto) op giro 6978410 van Nellissen, Tilburg, onder vermelding van 'Oudheden'. Vermeld of mail ook uw adres! Voor meer informatie: www.stilus.nl/smetius.

Johannes Smetius, Nijmeegse Oudheden
Vertaling door Leo Nellissen
Stichting Stilus, www.stilus.nl
ISBN 90-808719-1-5
220 pagina's, ingenaaid

Top


Recensies en signalementen

     Deurloo, Peter, in: De Gelderlander 15 oktober 2004. hier

Heijden, Paul van der, in: Westerheem 53 (2004) 273-274. hier


Archeologie Magazine 5 (2004) 73. hier

De Gelderlander 2 september 2004. hier

Hunink, V.J.Chr., in: De zeventiende eeuw 21 (2005) 171-172. hier

Nijmeegse Katern 18 (2004) p.75. hier

Top


Latijnse tekst

De Universiteit van Münster biedt op haar website een gescande Antiquitates aan. Klik hier.
Deze bestanden heb ik als tekst [pdf 38 Mb] samengebracht.

Van Google Books komt deze door mij aangepaste tekst [pdf 16 Mb]; kwaliteit is minder dan bij de Münster-tekst.
En voor de volledigheid nog een tekst van Google [pdf 13 Mb]

Top


Corrigenda

Aanvulling op de "Te verbeteren fouten", zoals genoemd achterin het boek, in de vertaling op pagina 174.
De paginanummers verwijzen naar de Latijnse tekst. Deze nummers staan onderstreept in de vertaling.

pag.reg.
3328Faticidae leesFatidicae
4324in aquosainaquosa
6513portatilisportabilis
68-brachialia komt alfabetisch voor bullulae
7130scirponum leesscirporum
7415sequiangelissemiangelis
75-cinerarium komt alfabetisch voor cingulorum
10617testaecorun leestestaecorum
1226purpiculaturpicula
14031volulibisvolubilis
1447satuastatua
16315VindicisVindicem
17532bladwachter Antiniet correct
18811Ser. leesSev.
1893SoloninaSalonina
1899PiauvoniusPiavonius
18911Pives.Pius Esuvius
18912Pives.Pius Esuvius
20420SequinoSeguino
216-paginanummer 286216
22226lucrubandolucubrando
2289cnmcum
23625discebebatdiscedebat
24922viroremvigorem
256-paginanummer 248256
275-cornu Amaltheae 110100
275-cuspides 1881
276-fibulae 8781
278-libella 231101
279-Minervae 6665
279-nomina legionum 23231
279-paginanummer 179279
280-restitutio 213212

Deze corrigenda als Word-document om makkelijk uit te printen.

Top


Citaat Antiquitates Neomagenses als motto in boek van Jacob von Melle

Jacobus a Mellen uit Lubeck gebruikt in zijn boek Historia urnae sepulcralis Sarmaticae uit 1679 als motto een citaat uit het voorwoord van Smetius' boek dat slechts een jaar eerder, in 1678, verschenen was.

Het betreft twee zinnen op het eind van pagina 2 en één zin aan het begin van pagina 3:

De nonnullis quid sentiam, aut quid sibi velint, non promptum est mihi dicere. Videor aliqando per nubulam aliquid videre, et in talibus nil praeter coniecturas habeo. - Metam vero scriptionis mihi attigisse videor, si alios exictavero ad ea investiganda, quae nos latent.

Het is voor mij niet gemakkelijk om te zeggen wat sommige dingen volgens mij betekenen. Een enkele keer schijn ik iets door een waas te zien en in dergelijke gevallen heb ik alleen maar gissingen. - Het doel van mijn verhandeling heb ik volgens mij bereikt als ik anderen ertoe aanzet de voor mij onduidelijke dingen te onderzoeken.

De afbeelding komt van de Hertog August Bibliotheek Wolfenbüttel, waar ook het hele werk te lezen is.
Voor Jacob von Melle: zie Wikipedia.de.

Top


Mochten er onverhoopt rechten overtreden worden op/door/met deze site, stuur dan even een mailtje zodat de plooien recht kunnen worden gestreken.


© Leo Nellissen 1999-2006