Vix, dorpje in het franse departement Côte d'Or,
gelegen aan de oostelike voet van de Mont Lassois,
6 km ten noordnoordwesten van Chatillon-sur-Seine.
In 1953 werd te V. door de onderzoekers van de
belangrijke Hallstatt-nederzetting op de Mont
Lassois een gallische grafkamer uit ca. 500 vC
gevonden, die alle tot dan toe in Gallië ontdekte graven
in rijkdom overtrof. In het midden van de kamer
bevond zich een met brons beklede praalwagen,
waarvan de vier gedemonteerde wielen tegen de met
hout beklede kamerwand stonden. Op de wagen lag
het skelet van een ca. 30-jarige dame, die getooid
was met al haar juwelen (o.a. een gouden diadeem
van 480 g, twee colliers, diverse armbanden en
ringen). Uit de kamer kwamen verder schitterende,
voor het merendeel uit het Middellandse-Zeegebied
afkomstige grafgiften te voorschijn, waaronder
attische ceramiek, een bronzen schenkkan en fraaie
fibulae. Het pronkstuk is de z.g. krater van V., een
1.64 hoog, rijk versierd bronzen mengvat, dat niet
minder dan 208 kg weegt.
Rond de hals loopt een
fries met in brons gegoten figuren van vierspannen
met wagenmenners en hoplieten, die met stiften
bevestigd zijn; de twee oren zijn elk met een
Gorgokop
versierd. Op het deksel staat een beeldje van
een hieratische vrouwenfiguur. De krater overtreft
in omvang en artistieke kwaliteit alle verwante
exemplaren; hij is afkomstig uit een zuiditalisch of
etruskisch atelier. Wat de weg betreft waarlangs de
krater en de overige voorwerpen van mediterrane
herkomst Vix, dat blijkbaar aan de bovenloop van
de Seine een belangnjk en welvarend commercieel
centrum was, bereikt hebben, wordt gewoonlijk
aangenomen dat ze niet via de Provence aangevoerd
zijn, maar eerder via Noord-Italië, de Alpen-passen
en de Jura. De 'trésor de V.' is na restauratie
ondergebracht in het museum van Chatillon-sur-Seine.
Lit. R. Joffroy (EAA 7, 1193-1195). - J. Delepierre,
Le sujet de la
frise du cratere de V. (Paris 1954). R. Joffroy,
Le trésor de V.
Histoire et portée d'une grande découverte (ib. 1962).
Id., V. et ses
trésors (ib. 1979). [Nuchelmans]