Irenaeus, bisschop van Lyon, werd 140/150 in Klein-Azië geboren, waar hij leerling was van Polycarpus. Door de gemeente van Lyon werd hij als presbyter naar Rome gezonden in verband met montanistische kwesties. In 177/178 volgde hij de gemartelde bisschop Photinus op. In verband met een conflict over de paasdatum met de Klein-Aziaten schreef hij paus Victor I (189-198). Volgens Iatere berichten zou hij ca. 202 als martelaar gestorven zijn. In zijn in het grieks geschreven theologische werken bestreed hij de gnosis, vooral de Valentiniani.
I. is een belangrijk verdediger van het christelijke geloof. Men kan hem de grondlegger van de christelijke theologie noemen. Twee van zijn werken zijn bewaard gebleven.
1. Ἔλεγχος καὶ ἀνατροπὴ τῆς ψευδωνύμου γνώσεως, Adversus haereses, Ontmaskering en weerlegging van valselijk zogenoemde gnosis. Volledig alleen in een letterlijke latijnse vertaling (moeilijk te dateren, tussen 200 en 400); van de griekse tekst veel fragmenten bij latere kerkelijke auteurs; het 4e en 5e boek in armeense vertaling. Het werk, waarin het gnosticisme weerlegd wordt vanuit de rede, de traditie en de uitspraken van de Heer, werd in later tijd veel gebruikt.
2. Ἐπίδειξις τοῦ ἀποστολικοῦ κηρύγματος, Bewijs van de apostolische verkondiging. Van dit werk, waarin I. wil bewijzen dat de profetieën van het OT in het evangelie vervuld zijn, is slechts een armeense vertaling bewaard gebleven.
Van andere geschriften van I. zijn slechts titels of
fragmenten bekend: De monarchie of dat God niet
de oorzaak van het kwaad is (aan Florinus, presbyter
te Rome); De ogdoas (het getal acht) (aan dezelfde,
nu Valentinianer geworden); Het schisma (aan Blastus
te Rome) en verder een aantal brieven.
Lit. Uitgaven: W. V. Harvey, Sancti Irenaei ep. Lugdunensis
libros quinque adversus haereses 1-2 (Cambridge 1857; Ridgewood²
1965). In de serie Sources Chrétiennes, Adv. Haer. no.
34, 100, 152, 153; Epideixis, no. 62. Duitse vertaling: E. Kleba,
BKV2 3-4 (Kempten 1912). - S. Lundström, Studien zur lateinischen
Irenaeusübersetzung (Lund 1943). Id., Neue Studien
(ib. 1948). F. Sagnard, La gnose valentinienne et le
témoignage de s. Irénée (Paris 1947). A. Benoït, Saint Irénée,
Introduction à l'étude de sa théologie (Paris 1960). [Bartelink]