Romeinse harnassen waren gemaakt van maliënkolders, metalen plaatjes of ijzeren segmenten.
De maliën waren metalen ringetjes die aan elkaar bevestigd
warendoor ze vast te lassen of te samen te knijpen. Deze maliënkolders
werden in de hele Romeinse tijd gebruikt.
Het plaatharnas bestond uit kleine rechthoekige metalen plaatjes van
ijzer of koperlegering die met een ijzerdraad aan elkaar vestigd waren en
tegelijk aan een leren onderlaag. Ook dit harnas werd in de hele Romeinse gebruikt.
Het segmentenharnas (lorica segmentata) bestond uit gekromde banden van ijzer die elkaar
overlapten. De banden op de buik werden aan elkaar
bevestigd met leren riempjes. Deze bepantsering werd vanaf 50 n.C. gebruikt
tot in de 3e eeuw n.C.