Patmus (Πάτμος), klein eiland (34 km²) in de Aegeïsche
Zee, ca. 35 km ten zuiden van de westpunt van
Samos, thans nog P. geheten; de grootste hoogte
bedraagt 269 m. In de oudheid was P. onbelangrijk.
Het behoorde tot het gebied van Milete en diende
in de keizertijd als ballingsoord. Bekendheid kreeg
het eiland omdat de apostel Johannes er
volgens zijn eigen getuigenis (Openb 1,9) verbleef
(als balling?) en zijn Apocalyps schreef; volgens een
legende zou hij hier ook zijn evangelie gedicteerd
hebben. In de late oudheid en de middeleeuwen was
P. blijkbaar onbewoond, totdat er in 1088 het
beroemde Johannes-klooster gesticht werd, van welks
religieuze en culturele betekenis thans onder meer
nog fraaie fresco's (vanaf de 13e eeuw) en ikonen
en een kostbare handschriftenverzameling getuigen.
Lit. J. Schmidt (PRE 18, 2 (4), 2174-2191). Kirsten/Kraiker 556-560. - S. Papadopoulos, P. (Athene 1962). [Nuchelmans]