Taygetus (Ταΰγετον, in moderne
tijden ook Πεντεδάκτυλος),
naam van de ruige, bijna 120 km lange
bergrug die Laconië
en Messenië scheidt en zich uitstrekt
van Megalopolis tot kaap
Taenarum.
De hoogste top, 15 km ten zuidwesten van
Sparta, ligt op ruim 2400 m; de hoogte van de steile
wanden bij Mistras bedraagt 2100 m. In die omgeving
ligt ook de pas die momenteel, afgezien van de weg
Gytheum-Areopolis in het zuiden, de enige
goede verbinding tussen de twee gewesten vormt; in
de oudheid waren andere overgangen in gebruik. In
de, noordelijke helft liggen aan de westelijke flank
van de T. verscheidene plateaus, bijvoorbeeld de
gebieden Aigytis en Dentheliatis, die in de oudheid
werden gecultiveerd. De T. is thans betrekkelijk
kaal, maar was oudtijds bosrijk; hij herbergde veel
wild.
Lit. F. Bölte (PRE SA, 91-95). - A. Philippson, Der Peloponnes
(Berlin 1892) 199-252. Philippson/Kirsten 3, 17-446. Over de antieke
passen: F. Bölte (PRE 3A, 1343-1347 s.v. Sparta). [te Riele]