Trachonitis (Τραχωνῖτις), grieks-latijnse naam van
de landstreek tussen Damascus en de hoogte van
ebel hawrān. Zij werd in het westen
begrensd door Gaulanitis en Basan, in het
oosten door de syrisch-arabische woestijn. T. trad
pas in het licht van de geschiedenis toen de Romeinen
in het midden van de 1e eeuw vC in deze streek
doordrongen. Zij werd toen in hoofdzaak bewoond
door roofzuchtige nomaden, verder door enkele joden
en Syriërs. Toen keizer
Augustus in 23 vC T.
met Hauranitis en Batanea aan
Herodes de
Grote toevertrouwde, moest deze dit gebied eerst
pacificeren. Daartoe vestigde hij er o.a. de Idumeeën
en bevorderde de hellenisering. Na Herodes'
dood in 4 vC kwamen T., Hauraniüs en Batanea,
met daaraan toegevoegd Gaulanitis en Paneas, aan
Herodes' zoon de tetrarch Philippus. De moderne
naam van het gebied is el-leğah. [v.d. Born]