Aegis

Aegis (αἴγίς), attribuut van Zeus, de godin Athene en, zelden, van Apollo. Men neemt aan, dat de a. oorspronkelijk werd opgevat als de donderwolk van de oppergod, maar later in de verbeelding de vorm van een geitevel aannam ten gevolge van een volksetymologische associatie van καταιγίς (windvlaag) met αἴξ (geit). Er bestaat ongetwijfeld ook verband met het gebruik om dierenhuiden te dragen met magische bedoelingen. Volgens Homerus was de a. door Hephaestus vervaardigd als een soort schild voor Zeus (αἰγίοχος Ζεύς, de a.-dragende Zeus), die het aan zijn lievelingsdochter Athene schonk om vijanden te verjagen en vrienden te beschermen.

In de archaïsche kunst wordt de a. afgebeeld als een borst- en schouderpantser (bv. bij de zittende Athene, uit de 6e eeuw vC, in het Acropolis-Museum, en bij de Athene uit het westelijke gevelveld van de zg. Aphaea-tempel op Aegina te München), later wordt zij steeds meer gereduceerd tot een schoudermanteltje of kraag (bv. bij de Athene Parthenos van Phidias en bij de Athene van Velletri, in het Louvre).

De a. is meestal omzoomd met kwasten op slangen en bedekt met schubben, in het midden is dikwijls de Gorgo-kop aangebracht, die het schrikwekkende karakter accentueert. Aan de a. zijn de beelden van Athene te herkennen. Afbeeldingen van Zeus met de a. zijn uiterst zeldzaam. Ook afbeeldingen van hellenistische vorsten en romeinse keizers vertonen soms de a. als symbool van hun macht van goddelijke oorsprong.

Lit. G.A. Mansuelli (EAA 3, 237v). N. Prins, De oorspronkelijke betekenis van de aegis (Diss. Utrecht 1931). M.P. Nilsson, Geschichte de griechischen Religion 1² (München 1955) 409-410. [Nuchelmans]


mythen