Echo (Ἐχώ), personificatie van het natuurverschijnsel. In de mythologie bestonden over de boeotische bergnimf E. drie verhalen:
1. E. hield Hera bezig terwijl haar gemaal Zeus de andere nimfen het hof maakte. Daarvoor zou Hera E. in zoverre het gebruik van haar tong ontnomen hebben dat ze alleen nog iemands laatste woorden kon herhalen.
2. E. kwijnde weg door een onbeantwoorde liefde voor de knappe jongeling Narcissus, totdat alleen nog haar stem overbleef.
3. E. werd vergeefs bemind door de god Pan, die haar tenslotte door krankzinnig geworden herders liet verscheuren, waarna de aarde de stukken verborg, die nog geluiden kunnen nabootsen.
Lit. Ovidius, Metamorfosen 3, 339-510. L. von Sybel (Roscher 1,
1213v). O. Waser (PRE 5, 1926-1930). [Nuchelmans]