Baiae (Βαῖαι), romeinse badplaats aan een inham van de Golf van Napels, 16 km
ten westen van deze stad; thans Baia. Baiae, waarschijnlijk oudtijds de
haven van het 4 km noordwaarts gelegen Cumae,
ontwikkelde zich in de 2e en 1e eeuw vC tengevolge van zijn prachtige ligging,
zachte klimaat en heetwaterbronnen, tot een luxueuze badplaats, waar spoedig
rijke landgoederen, thermen en terrassen de gehele kust vulden. Ten tijde
van Augustus werd Baiae keizerlijk
domein, waar de keizers graag verbleven; vooral Augustus,
Nero,
Hadrianus (deze stierf er
in 138 nC) en Alexander Severus
ontplooiden er een grote bouwactiviteit. Sinds de 5e eeuw veranderde een
reeks van aardbevingen de stad in een grillig en - ook wegens de malaria
- onbewoonbaar ruïnencomplex. De meest indrukwekkende resten van de
oude pracht zijn die van drie koepelzalen, de z.g. tempels van Mercurius,
Venus en Diana.
Systematische opgravingen - sinds 1951, onder leiding van A. Maiuri
- hebben aangetoond dat het hele thermencomplex een oppervlakte van meer
dan 1.000.000 m² had en zich als een waaier tegen de heuvel ontvouwde.
Uit de zee voor de kust zijn talrijke sculpturen te voorschijn gehaald;
hiervan verdient vooral vermelding een vrijwel onbeschadigde kopie van
de Aphrodite Sosandra van
Calamis.
Verschillende romeinse schrijvers
hekelen de weelde en de zedeloosheid van het badleven in B.
Lit. C. Hülsen (PRE 2, 2774v). M. Napoli (EAA 1, 960-62). [Nuchelmans]