Umma, stadstaat in het zuiden van Mesopotamië,
thans de puinheuvel Gōha, ca. 50 km ten noordoosten
van Uruk/Warka. U. is nooit opgegraven; wat
bekend is, stamt van roofactiviteiten.
Ca. 2600 vC beheerste Mesalim van Kiš het gebied
van U. en Lagas en bakende de grens tussen
beide staten af. De periode van 2500 tot 2350 vC
wordt gekenmerkt door een aanhoudend conflict
met Lagas over de grensafbakening en het omstreden
Guedenna-gebied. De verwikkelingen zijn opetekend
in de inscripties van de stadvorsten van
Lagas, die zo nu en dan in U. een beschermeling
aanstelden. Van zeven stadvorsten uit deze periode
zijn de namen bekend: Pabilgaltuku, Us, Enakalle,
Urlumma, Il, Gišakidu en U'u. Ca. 2370 vC veroverde
Lugalzagesi van Uruk U. om van daaruit ook
Lagas te veroveren op Urukagina. Onder Sargon
van Akkad poogde U. zijn zelfstandigheid te herwinnen,
maar het werd toch ingelijfd in het rijk van
Akkad. Sindsdien is het waarschijnlijk geen zelfstandige
staat meer geweest. In de buurt van U.
versloeg Utuhegal van Uruk ca. 2110 vC de Guti.
Uit de Ur III-periode (21e eeuw vC) zijn omvangrijke
archieven van de onder Ur ressorterende stadsvorst
bekend. In de loop van de oud-babylonische
periode verloor U. snel aan betekenis, vooral door
verzilting en verplaatsing van de rivierloop.
Lit. G. Contenau, U. (Paris 1915). H. Sauren, Topographie der
Provinz U. nach Urkunden der Zeit der III. Dynastie von Ur (Heidelberg
1966). S. T. Kang, Sumerian Economie Texts from the U.
Archive (Urbana 1973). B.Foster, U. in the Sargonic Period (New
Haven 1982). J.S. Cooper, Reconstructing History from Ancient
Inscriptions. The Lagas-U. border conflict (Undena/Malibu 1983).
[Krispijn]