Ctesias

Ctesias (Κτησίας) van Cnidus was van ca. 405 tot 397 arts aan het hof van de perzische koning Artaxerxes II. Als zodanig nam hij deel aan de slag bij Cunaxa. Na zijn terugkeer naar Griekenland schreef hij Ἰνδικά (in één boek; excerpten in Photius' Bibliotheca) en Περσικά (in 23 boeken). Het eerstgenoemde werk, dat wonderlijke verhalen uit de tweede hand bevatte, verschafte de Grieken de eerste min of meer uitvoerige informatie over Indië, het tweede was een boeiend relaas met - afgezien van de milieuschildering - weinig historische waarde, dat echter lange tijd de griekse visie op het Oosten bepaald heeft. Uitvoerige excerpten en fragmenten zijn bewaard gebleven bij Diodorus Siculus en in Photius' Bibliotheca. Op naam van C. stonden ook een geografisch tractaat Περίοδος (Aardbeschrijving) en een werkje Περὶ τῶν κατὰ τὴν Ἀσίαν φόρων (De in Azië geïnde belastingen).


Lit. Fragmenten bij F. Jacoby, Die Fragmente der griechischen Historiker 3 C (Leiden 1958) no. 688. R. Henry C La Perse, Pinde. Les sommaires de Photius (Bruxelles 1947; met franse vertaling en commentaar). - F. Jacoby (PRE 11, 2032-2073). [Nuchelmans]


Lijst van Namen