Cyrenaici

Cyrenaici, naam van een filosofische school die aansluit bij Socrates en waarvan het centrum gelegen was te Cyrene in Noord-Afrika. De stichter van deze school was Aristippus van Cyrene (ca. 435-ca. 360). Diens dochter Arete zou de leiding van de school hebben overgenomen na de dood van haar vader; Aristippus 'meetrodidaktos', de zoon van Arete, werd na zijn moeder het hoofd van de school. Andere belangrijke c. zijn de volgende:

Theodorus, die de bijnaam Atheos heeft gekregen en die de opvolger van Aristippus de jongere geweest zou zijn. Hij beklemtoonde meer dan zijn voorgangers het belang van inzicht en kennis tot het bereiken van het geluk; hij kwam ook in opstand tegen het traditionele godsgeloof, zonder daarom het bestaan van een goddelijk wezen te loochenen.

Hegesias vertegenwoordigde onder de c. een pessimistische richting; men noemde hem πεισίθανατος ('overreder tot de dood'), daar hij twijfelde aan de mogelijkheid een positief geluk te bereiken; daarom stelde hij als ideaal een negatief doel: vrijheid van lijden en droefheid.

Anniceris legde weer de nadruk op de positieve geluksbeleving en meende dat deze vooral bereikt moet worden langs de vriendschap, de eerbied voor de ouders en de dienstbaarheid jegens het vaderland, kortom door alles wat tot het domein der sympathische genotsbeleving behoort.

Op het eind van de 3e eeuw vC had de school der c. geen betekenis meer. Het is niet gemakkelijk in te zien hoe de cyrenaïsche school bij Socrates aansluit: de vertegenwoordigers ervan minachten de louter speculatieve kennis omdat zij ons niets leert over wat goed of slecht is; logica en fysica hebben voor hen slechts waarde voor zover ze middel zijn om tot ethische kennis te komen. Deze gedachten komen ook voor bij Epicurus en het is moeilijk te bepalen wie ze het eerst heeft geformuleerd.

Voor de c. ligt de enige waarheid in de inwendige beleving van genot en pijn; men kan niet weten hoe de dingen op zichzelf zijn, men is afgesloten van de buitenwereld als in een belegerde stad; het enige wat men kan kennen is de subjectieve beleving. Men kan zelfs niet weten of er een werkelijke oorzaak bestaat van onze subjectieve belevingen. Op deze kennisleer is ook de ethiek gebouwd: als criterium voor het handelen en voor de zedelijke waarde ervan geldt alleen de subjectieve individuele genotsbeleving; deze is strikt persoonlijk en is beperkt tot het ogenblik waarop men ze bewust ervaart. Heel de aandacht van de wijze is dus gericht op het tegenwoordige, hij is iemand die geniet van het tegenwoordige en zich niet inlaat met de objectieve voorwaarden; deze liggen immers buiten hem. De wijze zal dus niet zijn instincten volgen; hij zoekt vooral een serene vreugde, die volgens Theodorus in het denkleven moet worden gezocht.

Al deze wijsgeren streven ernaar het individu te bevrijden uit de wisselvalligheden van het contingente: hierin wordt reeds een fundamentele strekking van de hellenistische wijsbegeerte aangekondigd.


Lit. Fragmenten en testimonia bij G. Giannantoni, I Cirenaici. Raccolta delle fonti antiche, traduzione e studio introduttivo (Florence 1958). E. Mannebach, Aristippi et Cyrenaicorum Fragmenta (Leiden 1961). - J. Stenzel (PRE 12, 137-150). E. Antoniades, Aristipp und die Kyrenaiker (Diss. Göttingen 1916). G. Colosio, Aristippo di Cirene filosofo socratico (Turijn 1925). A. Grilli, Cyrenaica (Studi Italiani di Filologia Classica 32, 1960, 200-214). [Verbeke]


Lijst van Namen