Hegesias

Hegesias (Ἡγησίας), griekse eigennaam. Vermelding verdienen:

(1) Hegesias van Cyrene, hoofd van de wijsgerige school der cyrenaici in het begin van de 3e eeuw vC. H. vertegenwoordigde onder de cyrenaici een pessimistische richting; hij twijfelde aan de mogelijkheid een positief geluk te bereiken en stelde als ideaal een negatief doel: vrijheid van lijden en droefheid. Als het enige feilloze middel om die te bereiken beschouwde hij de zelfmoord; daarom gaf men hem de bijnaam πεισιθάνατος ('overreder tot de dood').


(2) Hegesias van Magnesia bij de Sipylus, griekse sofist en retor (ca. 300 vC), werd reeds in de oudheid gehouden voor de grondlegger van het z.g. asianisme in de literatuur; de latere atticisten achtten hem het model van stijlbederf. H. koos steeds voor het vreemde en opvallende, het gezochte en onnatuurlijke; hij vermeed de klassieke periode en schreef korte zinnen met een gekunsteld ritme en gewrongen woordvolgorde; zijn beeldspraak was dikwijls gewaagd. Van zijn retorische werken is vrijwel niets bewaard gebleven, van zijn onbetrouwbare geschiedenis van Alexander de Grote bezitten we enkele fragmenten (F. Jacoby, Die Fragmente der griechischen Historiker 2 B, Berlin 1927 = Leiden 1962, nr. 142).


Lit. L. Piotrowicz, De Hegesia Magnete (Krakau 1915). E. Norden, Die antike Kunstprosa 15 (Stuttgart 1958) 134-139. [Nuchelmans]



Lijst van Namen