Magnesia
Magnesia (Μαγνησία), naam van een landstreek in
Thessalië
en van twee steden in Klein-Azië.
(1)
Magnesia,
landstreek in het zuidoosten van Thessalië,
omvattend een kunststrook van 20 à 30 km breed
ten zuidoosten van de Peneüs
met inbegrip van het
schiereiland dat de Golf van Pagasae in het oosten
en zuiden afsluit. M. bestaat grotendeels uit het
bergland
van en rond de Ossa en de Pelion. De oostkust
had geen havens en was zeer gevaarlijk voor de
scheepvaart. De belangrijkste steden
waren
Iolcus,
Pagasae en
Demetrias.
Aanvankelijk kon M.
een zekere onafhankelijkheid t.o.v. het naburige
Thessalië bewaren, maar in het begin van de
4e
eeuw vC moest het zich onder het bewind van de
tirannen van
Pherae
schikken; vervolgens deelde
het de lotgevallen van Thessalië en kwam met de
rest van Thessalië onder macedonisch gezag
(344
vC). Na de stichting van
Demetrias (293 vC) behoorde
vrijwel geheel M. tot het gebied van deze
belangrijke stad en daarmee meestentijds tot het
koninkrijk
Macedonië. Sinds 168 vC maakte het
gebied als een vrije stedenbond deel uit van de
romeinse provincie Macedonia.
Lit. Inscripties in IG 9, 2 (ed. O. Kern, 1908) nrs. 358-396,
1100-1225. - F. Stählin (PRE 14, 459-471). - Id. E. Meyer,
Pagasai und Demetrias. Beschreibung der Reste und der
Stadtgeschichte (Berlin 1934).
(2)
Magnesia ad Maeandrum
(Μαγνησία πρὸς of ἐπὶ Μαιάνδρῳ),
griekse stad, gelegen aan de Lethaeus, een westelijke
zijrivier van de
benedenloop van de Maeander,
ca. 70 km ten zuidzuidoosten van
Smyrna; thans
Inekbazar. M. zou gesticht zijn
door kolonisten uit de landstreek
Magnesia. Deze
archaïsche stad, die in de 7e eeuw vC veel van de
Cimmeriërs
te lijden had, later tot het lydische rijk
behoorde en sinds 546 vC onder perzische heerschappij
stond, raakte in
de tweede helft van de 5e
eeuw vC door overstromingen van de Maeander
onbewoonbaar en verdween zonder een spoor na te
laten.
De nieuwe, ca. 400 vC gebouwde stad behoorde
in de hellenistische periode aanvankelijk tot
het rijk der
Seleuciden,
vanaf 189 vC tot
Pergamum,
waarmee ze in 133 vC aan Rome kwam. Bij de reorganisatie
van de provincie Asia door
Sulla (84 vC)
werd M. ad Maeandrum een civitas libera omdat de
stad in de eerste mithridatische oorlog trouw gebleven
was aan
Rome.
Duitse opgravingen hebben resten aan het licht gebracht
van een indrukwekkende, ca. 200 vC volgens
plannen van Hermogenes
gebouwde Artemistempel
(67 x 41 m, 8 bij 15 ionische zuilen) met
vrijstaand altaar, van een ruime agora en van een
theater; delen van de grote fries van het Artemisium
bevinden zich thans in de musea van Istanbul, Berlijn
en Parijs (Louvre).
Lit. L. Vlad Borrelli (EAA 4, 776-780). - O. Kern, Die Inschriften
von M. am Maeander (Berlin 1900). E. Herkenrath,
Der Fries des Artemisions von M. (ib. 1902). K. Humann/
J. Kohte/C. Watzinger, M. am Maeander (ib. 1904). A von
Gerkan, Der Altar des Artemis-Tempels in M. am Maander
(ib. 1929).
(3) Magnesia ad Sipylum
(Μαγνησία πρὸς Σιπύλῳ), griekse stad
op de linkeroever van de benedenloop van de
Hermus, in een vruchtbare vlakte aan de noordelijke
voet van het Sipylus-gebergte, ruim 30 km ten noordoosten
van Smyrna; thans Manisa.
De stad zou, evenals het vorige Magnesia
aan de Maeander, gesticht
zijn door kolonisten uit de streek Magnesia. Bij M. ad
Sipylum werd in 190 vC de beslissende veldslag geleverd
tussen Antiochus de Grote
en de gebroeders
Lucius en
Publius Cornelius Scipio,
waardoor Antiochus geheel Klein-Azië ten westen
van de Taurus verloor.
Lit. W. Ruge (PRE 14, 472v). [Nuchelmans]