ZEVENDE, ACHTSTE EN NEGENDE WERK
Het zevende werk

Koning Minos van Creta had bij een weddenschap Poseidon beloofd hem te
offeren wat het eerst uit de zee zou
opduiken. De god stelde hem op de proef
en liet een prachtige
stier uit de wateren opstijgen. Minos vond het dier evenwel
zó
mooi dat hij het behield en een van ziin eigen stieren aan Poseidon
offerde.
Hierover vertoornd, had de god van de zee de stier
dol gemaakt zodat deze
op Creta grote verwoestingen aanrichtte. Als zevende werk werd Heracles
opgedragen het beest te bedwingen
en het levend naar koning Eurystheus te
brengen.
Toen de halfgod hiervoor naar Creta ging en zich bij Minos vervoegde, was
de
koning zeer verheugd van het ondier bevrijd te zullen worden en hij hielp
de held het woeste beest te vangen en te bedwingen.
Ditmaal uitte ook Eurystheus
zijn tevredenheid over de daad van Heracles. Maar nadat hij het beest
enige tijd met welgevallen
had bekeken, liet hij hem weer los. Toen keerde
de vroegere razernij terug; de dolle stier rende door geheel Laconië en Arcadië,
over de landengte naar Attica en richtte opnieuw verwoestingen aan, zoals
tevoren op Creta. Eerst later werd hij op de vlakte
van Marathon door Theseus
gedood.
Het achtste werk
Nu volgde het
achtste werk. De koning droeg Heracles op de
paarden van Diomedes
naar Mycene te brengen. Diomedes
was een zoon van Ares en koning
der Bistonen in Thracië, een zeer kriigszuchtig volk. Hij bezat paarden die zo
wild en sterk
waren, dat zij met ijzeren ketenen aan ijzeren kribben gebonden
waren. Hun voer bestond niet uit haver; vreemdelingen die het
ongeluk hadden
in de stad van de koning te komen, werden hun als voedsel voorgeworpen.
Toen Heracles aankwam ging hij er terstond
toe over de wachters in de stal
te overmeesteren, waarna hij de onmenselijke Diomedes door de paarden liet
verslinden. Daarna
werden de rossen plotseling mak en Heracles kon ze zonder
enige moeite naar het strand drijven. Maar de Bistonen zetten hem
gewapend
na, zodat hil moest omkeren en tegen hen vechten. De paarden stelde hij
intussen onder de hoede van een metgezel,
Abderus genaamd. Nauwelijks was
Heracles weg of de paarden werden opnieuw wild en vielen hun bewaker
aan. Toen Heracles de Bistonen
op de vlucht gejaagd had en terugkeerde, zag
hij dat zijn metgezel aan stukken gereten was. Ter zijner nagedachtenis bouwde
Heracles de stad Abdera.
De zoon van Zeus wist de paarden opnieuw te bedwingen en bracht ze naar
Eurystheus die ze aan Hera
wijdde.
Het negende werk

Daarna ondernam Heracles de strijd tegen de
Amazonen. Eurystheus had hem
als
negende werk opgedragen de gordel van koningin
Hippolyte te bemachtigen.
De Amazonen bewoonden de streken rondom de rivier Thermodon in Pontus
en waren een volk van vrouwen
dat zich slechts met mannenwerk bezighield.
De mannelijke kinderen werden gedood of aan hun vaders gezonden. Als teken
van haar
waardigheid droeg koningin Hippolyte een kostbare gouden gordel
die Ares, de god van de oorlog, haar geschonken had.
Heracles
nam voor deze veldtocht vrijwillige strijdmakkers op zijn schip mee,
voer na weel avonturen de Zwarte Zee op en bereikte de
haven van de Amazonenstad
Themiscyra.
Hier trad de koningin hem tegemoet. Toen zij het doel van zijn reis had
vernomen beloofde
zij hem de gordel als geschenk. Maar Hera, de onverzoenlijke
vijandin van de held, nam de gedaante van een Amazone aan, mengde
zich tussen
de menige vrouwen en verspreidde het gerucht dat de vreemdeling van plan
was koningin Hippolyte te schaken. Onmiddellijk
sprongen alle Amazonen te
paard en bestormden Heracles en zijn strijders in het kamp dat zij buiten de
stad betrokken hadden.
De eerste die de strijd begon, heette Aëlla of Windvlaag,
maar Heracles was haar te vlug af; zij moest op de vlucht slaan en
werd door
hem ingehaald en neergeveld. Een tweede viel bij de eerste zwaardslag, daarna
volgde Prothoë die zevenmaal in tweegevechten
winnares was geweest. Nog
velen moesten het onderspit delven, waaronder drie jachtgenoten van Artemis,
die toch altijd zo onfeilbaar
de werpspies gehanteerd hadden. Nadat ook
Melanippe, de dappere aanvoerster der Amazonen gevangen genomen was,
zochten de anderen
hun heil in de vlucht. Hippolyte stond haar gordel af,
zoals zij voor de strijd beloofd had en Heracles stelde Melanippe in
vrijheid.