Vetus Latina (nl. interpretatio), verzamelnaam voor de latijnse vertalingen van de bijbel of gedeelten daarvan uit de tijd vóór Hieronymus' bewerking (Vulgaat (=Vg)). Soms duidt men deze praehieronymiaanse vertalingen aan met de naam Praevulgata; de vroeger gangbare benaming Itala is in onbruik geraakt. De manuscript-overlevering van de V. L. is zeer lacuneus, aangezien de herziene tekst van Hieronymus geleidelijk de vroegere vertalingen ging vervangen. De V. L.-hss. zijn voor het NT talrijker dan voor het OT; de laatste bevatten dikwijls slechts één bijbelboek of gedeelten daarvan.
Men pleegt een afrikaanse en een europese tekstvorm te onderscheiden. Met de eerste duidt men de bijbeltekst van Cyprianus aan en de getuigen die hier dicht bij staan: deze tekst uit proconsulair Africa uit het midden van de 3e eeuw is voor ons de meest primitieve tekstvorm van de latijnse bijbel. De zogenaamde europese tekstvormen, die overigens met tot Europa beperkt zijn gebleven, kunnen eerst later naar tijd en plaats vastgelegd worden. Naast de hss. zijn met name de bijbelcitaten bij de christelijke latijnse auteurs uit de eerste eeuwen onze bron.
De onderzoekingen van de laatste jaren hebben aangetoond dat de tekstgeschiedenis voornamelijk een voortgaande ontwikkeling van de afrikaanse naar de europese tekst weerspiegelt, waarbij zowel een zekere taalkundige verbetering en aanpassing van het vocabularium als een streven naar nauwkeuriger weergave van de griekse tekst in het geding was.
De V.L. vormt allerminst een homogeen geheel,
zodat de vraag naar de herkomst voor ieder boek
afzonderlijk gesteld moet worden. Door systematisch
onderzoek van de tekstgeschiedenis (o.a. door
W. Thiele en H. Frede voor de brieven van het NT)
is men zich tegenwoordig meer bewust geworden
van het beweeglijke karakter van een afzonderlijke
tekst en van de talloze interferenties en vermengingen
die zijn opgetreden. Ook voor details betreffende
de griekse tekst van het OT en het NT zijn de
oude latijnse vertalingen niet zonder belang, omdat
ze op bijna alle andere vertalingen (bv. die in het
syrisch, armeens en koptisch) hun ouderdom 2e-4e
eeuw) en hun letterlijkheid voor hebben. We is de
situatie voor het NT minder gunstig dan voor het
OT, omdat de latijnse vertalingen aansluiten bij de
zogenaamde westelijke tekst van het griekse NT. In
de loop van de tijd werden in de oude latijnse vertalingen
dikwijls correcties naar de griekse tekst aangebracht,
waarbij zich het probleem voordoet dat er
verschillende griekse tekstversies in omloop waren,
zodat de correcties naar een andere versie plaats
hadden dan waarnaar de oorspronkelijke vertaling
was gemaakt.
Lit. Uitgaven: P. Sabatier, Bibliorum sacrorum latinae versiones antiquae
seu Vetus Italica 1-3 (Reims 1743-1749). Deze verouderde
uitgave wordt geleidelijk vervangen door nieuwere edities. Voor de
evangelies: Itala. Das Neue Testament in altlateinischer Überliefe:rung
,nach den Hss. herausgegeben von A. Jülicher, durchgesehen
und zum Druck besorgt von W. Matzkow und K. Aland: 1. MtEvangelium
(Berlin 1 38, ²1972 ; 2. Mc-Evangelium (ib. 1940,
²1970 ; 3. Lc-Evangelium (ib. 1954); 4. Jo-Evangelium (Ib. 1963).
Van het OTis verschenen B. Fischer, Genesis (Freiburg 1951). Van
de brieven van het NT: H. Frede, Epistula ad Ephesios (ib. 1964).
Id.,Epistulae ad Philippenses et ad Colossenses (ib. 1966). W. Thiele,
Epistulae Catholicae (ib. 1969). H. Frede, Epistulae ad Thessalonicenses,
Timotheum, Titum, Philemonem, Hebraeos (ib. 1975
vv). De spaanse V. L.-teksten zijn uitgegeven in T. A. Marazuela, La
V.L. Hispana 1-5 (Madrid 1953-1 7). Belangrijke V.L.-hss. werden
reeds vroeger uitgegeven in de series Old Latin Biblical Texts 1-8
(Oxford 1893- 923) en Collectanea Biblica Latina (Rome 1912vv).
K. Aland ed., Die alten Übersetzungen des Neuen Testaments, die
Kirchenväterzitate und Lektionare. Der gegenwärtige Stand ihrer
Erforschung und ihre Bedeutung für die griechische extgeschichte
(Arbeiten zur neutestamentlichen Textforschung 5) (Berlin/New
York 1972). A. Ceresa-Gastaldo, Il latino delle antiche versioni bibliche
(Rome 1975).
[Bartelink]