Domitilla, naam van de gemalin, van een dochter en van een kleindochter van keizer Vespasianus.
(1) Flavia Domitilla,
dochter van Flavius Liberalis uit
Ferentium, huwde in 36 of 37 nC met de latere
keizer Vespasianus.
Zij schonk hem drie kinderen,
de latere keizers Titus
en Domitianus
en een dochter Domitilla. D. overleed voordat haar gemaal
in 69 de keizerstroon besteeg. [Nuchelmans]
(2) Flavia Domitilla, dochter van Vespasianus' dochter D., was gehuwd met T. Flavius Clemens, een neef van keizer Domitianus. Volgens Eusebius (Historia ecclesiastica 3, 18, 4) was ze een nicht van deze Flavius Clemens, maar men neemt vrij algemeen aan dat Eusebius zich hier vergist. D. bekeerde zich tot het christendom en werd naar het eiland Pandateria (volgens Dio Cassius naar Pontia) verbannen. Het coemeterium (begraafplaats) aan de Via Ardeatina buiten Rome werd door G. B. de Rossi met D.'s naam in verbinding gebracht; hij beriep zich hiervoor op de gegevens uit Itineraria en op een drietal gevonden inscripties.
Zijn these dat zich in het oudste deel van
het coemeterium een door D. gestichte christelijke
begraafplaats heeft bevonden heeft geen stand kunnen
houden tegen nieuwere opgravingsresultaten (het
oudste deel stamt eerst uit het midden of het einde
van de 2e eeuw). Wel is een zekere relatie van het
coemeterium met D. niet onmogelijk. Behalve de genoemde
getuigenissen zijn te noemen de Index coemeteriorum
(ca. 7e eeuw) die het coemeterium aan
de Ardeatina naar D. noemt (samen met Nereus,
Achilles en Petronilla) en de Acta Nerei et Achillei,
die berichten dat beide martelaren werden bijzet
bij het landgoed van D. aan de Ardeatina.
Lit. H. Leclercq (DAL 4, 1401-1442). - J. Moreau, À propos de la persécution de Domitien (Nouvelle Clio 5, 1953, 121-129). [Bartelink]