(1) Ammonius, auteur van een verhandeling 'Over de overeenkomst
tussen Mozes en Jezus' (waarschijnlijk een
anti-gnostisch geschrift). De schrijver was wellicht
een tijdgenoot van Origenes. Bardenhewer (2, 199)
bracht op grond van een bericht van Photius (Interrogationes
decem 9) de mogelijkheid van identiteit
met bisschop A. van Thrnuis naar voren. In het
voorwoord van zijn evangelietabellen noemt Eusebius
een A. van Alexandrië als schrijver van een
synopsis van de vier evangelies (geen canones, zoals
Hiëronymus, De viris illustribus 55, beweert). De
identiteit staat echter niet geheel vast. De eerstgenoemde
A. is door Eusebius (Historia ecclesiastica
6, 19, 10) met de neoplatonist A. Saccas verwisseld,
waarin Hiëronymus hem gevolgd is (De viris illustribus
55).
Lit. Th. Zahn (ZKG 38, 1920, 1-22; 311-336).
(2) Ammonius van Alexandrië, priester die commentaren geschreven
heeft op de boeken Dn, Jo en Hand. De
tijd is niet geheel zeker (overwegend aanvaardt men
ca. 450, zie Bardenhewer, 4, 83-86). Zahn (ZKG 38,
1920, 1-22; 311-336) dacht aan een door Palladius
genoemde monnik, maar moest voor deze vroegere
datering verschillende passages, waarin van de nestorianen
sprake is, als interpolaties beschouwen.
Devreesse (DB 1, 1174) plaatste hem na 500. Het
meeste is van de Johannescommentaar bewaard gebleven.
De Fragmenta in Danielem vertonen een
overwegend morele, praktische tendentie. De aan A.
wel toegeschreven fragmenten uit een Mattheuscommentaar
(MPG 85, 1381-92) zijn alle onecht.
Lit. MPG 85, 1361-1610; 1823-6. - M. Faulhaber, Die Prophetenkatenen
nach römischen Handschriften (BSt 4, 2-3, 1899,
185-188). J. Reuss, Matthäus-, Markus- und Johannes-Katenen
(Münster 1941). Id., Der Presbyter Ammonius von Alexandrien
und sein Kommentar zum Johannes-Evangelium (Bb 44,
1963, 159-170).
[Bartelink]