Teti, eerste koning van de 6e egyptische dynastie.
Zijn verhouding tot zijn voorganger Unas is onbekend.
Volgens Manetho regeerde hij 30 jaar en werd
door zijn lijfwacht om het leven gebracht. Van T. is
alleen een decreet bewaard, waardoor hij aan de
priesterschap van Abydus vrijstelling van vroondiensten
verleent. Uit de graven die de gouwvorsten
en ambtenaren voor zich aanleggen blijkt dat zij zich
een grotere macht en welstand toeëigenen en in zekere
mate met de vorst willen wedijveren. Zijn piramide,
van piramideteksten voorzien, ligt in Noord-Sakkara.
Onder de dichtbij gelegen mastaba's behoren
die van zijn viziers Kagemni en Mereruka tot
de merkwaardigste van deze necropool. In de nabijheid
bevinden zich ook de kleine piramiden van zijn
echtgenoten Chuit en Iput, de moeder van Pepi I,
die T. opvolgde, vermoedelijk na een korte tussenregering
van Userkarë.
Lit. Drioton/Vandier 230-234, 643. A. Gardiner, Egypt of the
Pharaohs (Oxford 1961) 91-93. Porter/Moss 3. [Vergote]