Sechmet of Sachmet, naam van een egyptische godin,
die als vrouw met leeuwekop wordt afgebeeld,
en die 'de machtige' betekent.
Zij had heiligdommen op de plaatsen waar de leeuwen
uit de woestijn zich in de wàdi kwamen laven,
maar haar voornaamste cultusplaats is Memphis:
hier vormde zij een trias samen met
Ptah en Nefertem.
S. vertegenwoordigt een gevaarlijke macht, als
krijgsgodin en brengster van ziekten en epidemieën,
en zij wordt derhalve met de vreeswekkende
uraeusslang
gelijkgesteld. Zij is het woedende oog van Re,
die met Tefnut
geïdentificeerd wordt. Haar macht
werkt zich ook uit in de magie en, op weldoende
wijze, in de geneeskunde; de S.-priesters vormden
een der oudste gilden van artsen.
In het Nieuwe Rijk versmolt S. met Mut, die te
Karnak, als echtgenote van Amon, een belangrijke
tempel bezat. In dit tempeldomein liet
Amenhotep
III een groot aantal zittende, uit grijs dioriet vervaardigde,
beelden van S.-Mut plaatsen.
Lit. RÄR 643-646. G. Roeder (Roscher 4, 580-595). [Vergote]