Iguvium, oude umbrische stad op 500 m hoogte in
de Apennijnen gelegen ca. 30 km ten noordoosten
van Perusia en ca. 160 km ten noorden van Rome;
thans Gubbio. Nadat I. in het
midden van de 3e eeuw vC
civitas foederata van
Rome was geworden, verkreeg het in de 2e eeuw vC
de status van
municipium, in de bondgenotenoorlog
(91-89) het volledige burgerrecht. De antieke bouwresten,
waaronder vooral die van het theater
vermelding verdienen, dateren vrijwel alle uit de romeinse
periode.
In 1444 werden in I. negen bronzen platen met een
lange umbrische tekst gevonden, waarvan er later
twee verloren zijn geraakt; de overige zeven bevinden
zich thans in het Palazzo dei Consoli te Gubbio (zie foto hiernaast).
De tekst, die deels tussen 250 en 150 vC in het
inheemse umbrische, deels ca. 90 vC in het latijnse
alfabet is geschreven en niet alleen de voornaamste
bron vormt voor onze kennis van het umbrisch
maar ook voor onze kennis van de oude italische
godsdienst, bevat rituele voorschriften en verslagen
van de handelingen der 'fraier atiieriur' (latijn fratres
Atiedii), een priestercollege te vergelijken met de
romeinse fratres Arvales.
Onder de goden die de
Tabulae noemen zijn Juppiter, Pomonus, Vesuna,
Hontus, Mars, Cerrus Martius, Trebus Iovius, Tefer
Iovius, Torra Iovia, Praestita, Fisus, Fisovius, Coredius,
Vofio, Tursa en Purtupite.
Lit. Uitgaven en commentaren: A. von Blumenthal, Die iguvinischen Tafeln. Text, Uebersetzung, Untersuchungen (Stuttgart 1931). G. Devoto, Tabulae Iguvinae (Rome 1937, ³1963). I. Rosenzweig, Ritual and Cults in Pre-Roman Iguvium (London 1937). E. Vetter, Handbuch der italischen Dialekte (Heidelberg 1953) 170-274. J. W. Poultney, The Bronze Tablets of I. (Baltimore 19-59). - H. Philipp (PRE 9, 968-973). G. Radke (PRE Suppl. 9, 1962, 1807-1818). U. Ciotti (EAA 3, 1067v). - A. Pfiffig, Religio Iguvina (Wien 1964). [Nuchelmans]