Sunium (Σούνιον), naam van de 45 km ten zuidoosten
van Athene gelegen zuidkaap van het schiereiland
Attica. De top van de rots,
die zich boven de zee verheft, was al in het begin
van het le millennium vC een heilig domein.
De tot 1898 voor een Athene-tempel gehouden Poseidon-tempel
op het uiterste en hoogste punt,
waarvan nog 16 ongewoon slanke dorische zuilen
overeind staan of weer opgericht zijn, werd ca.
440 vC opgetrokken uit locaal wit marmer,
vermoedelijk door dezelfde bouwmeester die in Athene de
tempels van Hephaestus
en van Ares en in
Rhamnus de Nemesis-tempel
gebouwd heeft. Deze
klassieke tempel, een peripteros van 31,12 x 13,47 m
(13 bij 6 zuilen), verving een ongeveer even grote
tempel van poros-steen die nog niet geheel voltooid
was toen hij door de Perzen in 480 verwoest werd.
Lit. E. Meyer (PRE 4A, 910-919). L. Vlad Borrelli (EAA 7. 562-565). - V. Stais, To Sounion (Athene 1920). R. Herbig, Untersuchungen am dorischen Peripteraltempel auf Kap S. (Mitteilungen des Deutschen Archäologischen Instituts, Athenische Abteilung 66, 1941, 87-133). G. M. Richter, Kouroi (New York 1942) 47-73. W. H. Plommer, The Temple of Poseidon at S. (ABSA 45, 1950, 73-94; 55, 1960, 218-230). W. B. Dinsmoor, Sounion (Keramos Guides, Athene 1971, ²1974). S. Meletzis/A. Papadakis, Der Poseidon-Tempel auf Kap Sunion (Grosse Kunstfuhrer 60, München/Zürich/Athen. 1971). [Nuchelmans]