Nemesianus, latijnse dichter uit het eind van de 3e
eeuw nC. Marcus Aurelius Olympius N., geboren in
Carthago, schreef ca. 283, naar het voorbeeld van
Grattius, een leerdicht over de jacht, Cynegetica
getiteld, waarvan slechts de eerste 325 verzen bewaard
gebleven zijn. Voorts bezitten we van N. vier
bucolische gedichten, Eclogae (in totaal 319 verzen),
die sterk beïnvloed zijn door
Vergilius en Calpurnius
Siculus. Genoemd worden nog twee werken,
Halieutica (Visvangst) en Nautica (Zeevaart), die
echter verloren zijn gegaan. N. geeft blijk van een
gedegen beheersing van het poëtische latijn, maar is
gespeend van alle oorspronkelijkheid. Er is dan ook
nauwelijks enige invloed van hem op lateren uitgegaan.
Lit. Uitgaven: E. Baehrens, Poetae Latini Minores 3 (Leipzig
1881) 174-204. H. Schenkl, Calpurnii et Nemesiani Bucolica
(Leipzig 1885). C. H. Keene, The Eclogues of Calpurnius
and N. (London 1887 = Hildesheim 1969; met commentaar).
C. Giarratano, Calpurnii et Nemesiani Bucolica³ (Turijn
1951). Met engelse vertaling: J. W. Duff/A. M. Duff, Minor
Latin Poets (Loeb Class. Libr., London 1935) 451-515. P.
van de Woestijne, Les Cynégétiques de
Némésien. Édition
critique (Antwerpen/'s-Gravenhage 1937). - F. Lenz (PRE 16,
2329-2337). Uitgave met franse vertaling: P. Volpilhac,
Némésien,
Oeuvres (Paris 1975). - R. Verdière, Prolégomènes
à N. (Leiden 1974). [Diercks]