Haruspices
Haruspices (enkelvoud haruspex,
letterlijk 'ingewandschouwer'), toekomstvoorspellers, wier kunst,
de haruspicina, onder koning Tarquinius Priscus
vanuit Etrurië in Rome zou zijn ingevoerd (Etrusca
disciplina).
 | Bronzen model van een lever (Placentia) Er staat een indeling in zones op waarin de namen van de goden zijn geschreven |
Zij werd lang als barbaars beschouwd,
maar won sedert
de
tweede punische oorlog steeds
meer terrein, zonder evenwel ooit deel uit te maken
van de staatsgodsdienst. De haruspices genoten
minder aanzien dan de
auguren.
De
ordo haruspicum LX werd door keizer
Claudius
georganiseerd in 47 nC. Dit college werkte volgens
van een zekere Tages stammende en in priesterboeken (
Etrusci
libri, libri haruspicini) neergelegde
regels tot in het begin van de 5e eeuw nC. Voor het
voorspellen van de toekomst bestudeerden
de haruspices
vooral ingewanden (
exta), natuurverschijnselen als
blikseminslagen (
fulgura) en monsterlijke geboorten
(
monstra; portenta). Zij konden ook een verzoeningsmethode
(
procuratio) voorschrijven. Zo ontwikkelde zich op dit
gebied een pseudo-wetenschap.
De haruspices werkten ook buiten Rome en vergezelden dikwijls
veldheren en gouverneurs van de provincies.
Lit. C. Thulin (PRE 6, 725-730, s.v. Etrusca disciplina). Id.
(PRE 7, 2431-2468). - J. Blecher, De extispicio capita tria
(Religionsgeschichtliche Versuche und Vorarbeiten 2, 4,
1905, 176-252). C. Thulin, Die etruskische Disziplin 1-3 (Göte
borgs Högskolas Aorsskrift 1905-1909). [A. J. Janssen]