Elatea (Ἐλάτεια), hoofdstad van het griekse
landschap Phocis, van grote strategische betekenis
omdat het gelegen was op het punt waar de weg van
de Thermopylen-pas naar het zuidoosten de
Cephisus-vlakte bereikt, niet ver van het tegenwoordige
Elatia. In 480 vC werd de stad
door Xerxes
platgebrand, in 426 vC door een
aardbeving gedeeltelijk verwoest. Bekendheid verwierf
E. vooral doordat het in de herfst van 339 vC door
Philippus II
van Macedonië bezet werd; de verbijstering
waaraan de Atheners toen ten prooi waren
is op indrukwekkende wijze beschreven door
Demosthenes
(Kransrede 167-172). In 198 vC viel de
stad in handen van de Romeinen, in 86 vC verweerde
zij zich met succes tegen
Mithridates' veldheer
Taxilus en verkreeg als beloning de vrijheid.
Van het antieke E. zijn slechts geringe resten over.
Enkele kilometers ten noordoosten van de stad
bevinden zich de bouwvallen van een heiligdom ter
ere van Athene Κράναια. Recent bodemonderzoek
heeft aangetoond dat deze streek reeds in het 6e
millennium vC bewoond was.
Lit. P. Paris, Elatée. La ville, le temple d'Athéna Cranaia (Bibliothèque des Écoles Françaises d'Athènes et de Rome 6, Paris 1892). F. Schober, Phokis (Jena 1924). S. Weinberg, Excavations at Prehistoric Elatea 1959 (Hesperia 31, 1962, 158-209). [Nuchelmans]