Thermopylen (Θερμοπύλαι, 'Warme poort' naar de
in de nabijheid ontspringende warme bronnen; ook
kortweg Πύλαι) heette in de oudheid de nauwe pas
die aan de oostkust van Griekenland de enige normaal
bruikbare verbinding tussen Noord- en
Midden-Griekenland vormde. Hij bestond uit drie,
telkens ca. 3 km verder gelegen, smalle doorgangen op
de kustweg, die ter plaatse van west naar oost loopt,
tussen het tot 1300 m hoogte oprijzende Kallidromos-gebergte
en de steile kust van de Malische Golf;
op het smalste punt kon slechts één wagen tegelijk
passeren.
Het karakter van de T. is in de loop der eeuwen
aanzienlijk gewijzigd doordat aanslibbingen in de
mondingen van de Spercheus en de Asopus, die in
de oudheid gescheiden in de Malische Golf
uitmondden ten westen en ten noordwesten van de pas, de
passage 3 tot 7 km breed hebben gemaakt.
Lit. F. Stählin (PRE 5A, 2398-2423). Philippson/Kirsten 1,251-254. - S. Marinatos, Thermopylae. An historical and archeological guide (Athene 1951). A. Daslralakis, Problemes historiques autour de la bataille des Thermopyles (Paris 1962). C. Highett, Xerxes' Invasion of Greece (Oxford 1963) 105-148, 361-378. W. K. Pritchett, Studies in Ancient Greek Topography (Berkeley/Los Angeles 1965) 71-82. [Nuchelmans]