Olympias (Ὀλυμπιάς), dochter van Neoptolemus I,
koning van de Molossiërs in Epirus. O. huwde in
357 vC met Philippus II van Macedonië, aan wie
zij in 356 een zoon schonk, Alexander (de Grote),
en in 355 een dochter, Cleopatra. Toen Philippus
in 337 een tweede huwelijk sloot, keerde O. naar
Epirus terug. Waarschijnlijk was de heerszuchtige
en hartstochtelijke vrouw achter de schermen betrokken
bij de moord op haar gewezen gemaal tijdens
de bruiloft van hun dochter Cleopatra en de
molossische koning Alexander I, een broer van O.
(336).
Op haar zoon Alexander de Grote, die oprecht van
zijn moeder hield, maar een open oog had voor haar
zwakheden, heeft O. weinig invloed gehad. Met
Antipater, Alexanders stadhouder in Europa
tijdens de aziatische expeditie, had zij voortdurend
onenigheid, en in 331 trok ze zich opnieuw in Epirus
terug. In 317 vC was zij voor korte tijd weer in
Macedonië, waar ze, gesteund door Polyperchon,
Alexanders halfbroer Philippus III Arridaeus liet
vermoorden, haar zesjarige kleinzoon Alexander
IV tot koning uitriep en een waar schrikbewind uitoefende.
In 316 werd O. door het leger van Antipaters
zoon Cassander ter dood veroordeeld.
Lit. H. Strasburger (PRE 18, 177-182). - G. H. Macurdy,
Hellenistic Queens (London 1932) 22-45. [Pleket/Nuchelmans]