Utica, punische, later romeinse stad in Noord-Afrika,
gelegen nabij de monding van de Bagradas
(thans Medjerda) ca. 35 km ten noordwesten van
het antieke Carthago
en de moderne stad Tunis. In de oudheid lag U. aan de kust, thans
tengevolge van aanslibbing ca. 10 km ervandaan.
Volgens overlevering was U. de oudste phenicische
nederzetting op de noordkust van Afrika, gesticht
ca. 1100 vC; de opgravingen hebben echter
geen oudere vondsten dan uit de 8e eeuw vC opgeleverd.
Tijdens de eerste en de tweede punische oorlog
bleef de stad trouw aan Carthago, maar in de
derde (149-146) koos zij vanaf de aanvang de zijde
van Rome. Als beloning daarvoor ontving zij de status
van civitas libera
en werd zij de eerste hoofdstad
van de nieuwe provincie Africa. De betekenis van
U. in de 1e eeuw vC blijkt uit de belangrijke rol die
het in de burgeroorlogen speelde
(Cato). In
36 vC werd de stad municipium,
onder keizer
Hadrianus
colonia Iulia Aelia Hadriana Augusta U.,
maar zij kwam steeds meer in de schaduw te staan
van het nieuwe, in 43 vC gestichte en ca. 20 nC
hoofdstad geworden, Carthago, waartoe vanaf de
3e eeuw nC ook de verzanding van de haven en de
daarmee gepaard gaande vorming van moerassen
bij droeg.
Van de punische nederzetting zijn slechts necropolen gevonden. De overblijfselen van het romeinse U., nabij het moderne dorpje Henchir Bou Chateur, zijn systematisch onderzocht van 1948 tot 1958 en sinds 1974. Daarbij zijn belangrijke resten van twee theaters, van thermen, van het forum, van de door zuilengalerijen geflankeerde hoofdstraat, van enkele luxueuze woningen en van de watervoorziening aan het licht gebracht; het stratenplan vertoont het hellenistische orthogonale patroon.
De oudste berichten over een christengemeente in
U. dateren uit het midden van de 3e eeuw. Op de Peutinger kaart (foto rechts: midden boven) wordt U. Utica colonia genoemd.
Lit. G. Ville (PRE Suppl. 9, 1962, 1869-1894. J. Salomonson (EAA 7, 1080v). - Opgravingsverslagen in het tijdschrift Karthago vv, 1951vv. - A. Lézine Carthage, Utique. Études d'architecture et d'urbanisme (Paris 1968). Id., Utique, note d'archéologie punique (Antiquités Africaines 5, 1971, 37-43). [Nuchelmans]