Hannibal (Ἀννίβας, letterlijk 'Geschenk van Baal'), naam van verschillende carthaagse staatslieden en veldheren:
(1) Hannibal, kleinzoon van
Hamilcar, suffeet van
Carthago in 410 vC. In 409 was hij commandant
van de legermacht die de Carthagers op verzoek van
Segesta naar Sicilië zonden. Hij veroverde
Selinus
en Himera en liet, om Hamilcars nederlaag bij
Himera (480) te wreken, 3000 krijgsgevangenen
doden. H. stierf in 406 vC tijdens het beleg van
Acragas aan de pest.
Lit. Diodorus Siculus, boek 13. - Th. Lenschau (PRE 7,
2318-2320).
(2) Hannibal, veldheer van de Carthagers in het begin van
de eerste punische oorlog.
In 260 viel hij bij
Mylae met 130 schepen de met enterbruggen uitgeruste
romeinse vloot van
Gaius Duilius
aan, werd verslagen en ontkwam nauwelijks zelf
levend. Toen hij in het volgende jaar bij een nieuw
treffen met de Romeinen voor de kust van Sardinië
wederom vele schepen verspeelde, werd hij door de
Carthagers met de kruisdood gestraft.
Lit. Polybius 1, 18-24. - Th. Lenschau (PRE 7, 2321v).
[Nuchelmans]