Chrysippus (Χρύσιππος) van Soli, griekse wijsgeer. Geboren ca. 280 vC in Cilicë uit ouders afkomstig uit Tarsus, verhuisde C. ca. 260 naar Athene. Daar volgde hij in 232-231 zijn leermeester Cleanthes op als hoofd van de stoïcijnse school; hij stierf er ca. 205. C. was een oorspronkelijke geest, die zich vooral onderscheidde in de logische uitbouw van een redenering. Hij staat bekend als polygraaf: volgens Diogenes Laërtius (7, 179-202) zou hij meer dan 705 traktaten hebben geschreven, behorend tot alle domeinen van de wijsbegeerte; daarvan zijn talrijke fragmenten bewaard.
In zijn dagelijkse leven was C. een toonbeeld van evenwichtigheid. Hij bleef in hoofdzaak trouw aan de stoïsche leer, was nochtans zeer onafhankelijk van geest, ook tegenover zijn leermeester Cleanthes; hij heeft de stoïsche leer in haar geheel opnieuw doordacht en had zoveel invloed dat zijn opvattingen later als de orthodoxe leer der stoa golden; men zei van hem: εἰ μὴ γὰρ ἦν Χρύσιππος, οὐκ ἂν ἦν στοά (als er geen C. was geweest, zou er geen stoa zijn).
C. stelde veel belang in de logica en gaf deze een oorspronkelijke oriëntatie: zij werd uitgebouwd tot propositielogica en bereidde aldus de weg voor de moderne geformaliseerde logica. Hij interesseerde zich ook voor de taalfilosofie en schreef daarover een uitgebreid werk, dat door de Romein Varro werd samengevat in diens De lingua latina. Hij verdedigde tegen Aristoteles de dialectiek en trachtte haar een wetenschappelijk karakter te geven.
Op fysisch gebied aanvaardde C. de universele sympathie: de goddelijke logos doordringt de kosmos: de individualiteit van de wezens wordt verzekerd door het ἰδίως ποῖον dat als een blijvend kenmerk wordt opgevat. Hij trachtte een verzoening tot stand te brengen tussen de leer van het noodlot en de menselijke vrijheid: de individuele logos kan een toestemming geven of weigeren. De ziel wordt door C. opgevat als een levensadem, een πνεῦμα, dat in alle delen van het lichaam doordringt: de zetel van het ἡγεμονικόν is het hart.
De wijsbegeerte van C. is uitgesproken intellectualistisch;
dit komt tot uitdrukking zowel in de psychologie
als in de ethiek; de hartstochten worden
opgevat als valse oordelen, de deugd wordt verworven
door een verstandelijke opvoeding.
Van Chrysippus' talrijke leerlingen zijn vooral bekend
Zeno van Tarsus en Diogenes van Babylon.
Een mooi borstbeeld van C., een kopie uit
de keizertijd van een ouder werk, bevindt zich in
de Villa Albani in Rome.
Lit. Uitgave der fragmenten: H. von Arnim, Stoicorum
Veterum Fragmenta 2-3² (Leipzig 1923 = 1964). Italiaanse
vertaling: R. Anastasi, Crisippo, I frammenti morali (Padua
1962). - H. von Arnim (PRE 3, 2502-2509). C. de Vogel,
Greek Philosophy 3² (Leiden 1964) 47-183. - E. Bréhier,
Chrysippe et Pancien stoicisme (Paris 1910, ²l951). M.
Pohlenz, Zenon und Chrysipp (Nachr. Ges. Wiss. Göttingen,
Phil.-hist. KI. N.F. 2, 1938, 173-210). B. Mates, Stoic
Logic (Berkeley 1953). V. Longo, Addendum Chrysippeum
(Misc. philol. A. Beltrami, Genua 1954, 147-172).
J.B. Gould, The Philosophy of C. (Leiden 1970).
[Verbeke]