Ascanius (Ἀσκάνιος), legendarische zoon van de
trojaanse held Aeneas en
Priamus' dochter
Creüsa, van vaders zijde kleinzoon van de godin
Aphrodite en
Anchises. A. werd door zijn vader uit
het brandende Troje gered en vergezelde hem op
diens zwerftochten. In Italië aangekomen gedroeg
A., ook wel Ilus of Iulus geheten, zich dapper in de
strijd tegen de rutulische vorst Turnus. Na de dood
van zijn vader en een regering van dertig jaar in
Lavinium stichtte hij Alba Longa. Verre nazaten
van hem, Romulus en Remus, waren de stichters
van Rome. De gens Iulia beschouwde A.-Iulus als
haar stamvader en eponymus.
Naast deze versie, gegeven door Vergilius in zijn
Aeneïs, bestonden andere. Volgens sommige (vgl.
Livius 1,3) was A. niet de zoon van Creüsa, maar
van de latijnse prinses Lavinia; hij zou dus na
Aeneas' aankomst in Italië geboren zijn. De oudste
versie van de sage schijnt te zijn dat A. na uit de
brand van Troje
gered te zijn door zijn vader naar
de Propontis werd gezonden en later met Hectors
zoon Scamandrius terug naar de Troas kwam om
Troje opnieuw te stichten.
Op de afbeelding geneest de arts Iapyx met een kruid dat Aphrodite geeft, Aeneas;
naast hem staat de huilende Ascanius (Fresco Pompeji, 1e eeuw nC).
Lit. O. Rossbach (PRE 2, 1611-1614). E. Wörner (Roscher 1, 611-615). J. Perret, Les origines de la légende troyenne de Rome (Paris 1942). [Suys-Reitsma]