Danaüs

Danaüs (Δαναός), vader van de vijftig Danaïden, zoon van Belus en Anchinoë, broer van Aegyptus. Van vaderszijde stamde D. af van Poseidon en de nimf Libye. Deze Libye was een dochter van Epaphus, die weer de zoon was van Zeus en de argivische prinses Io. D., aan wie zijn vader Libië als koninkrijk had toegewezen, gold als de stichter van de burcht van Argos, waar ook zijn graf getoond werd. In Argos was hij terecht gekomen op zijn vlucht voor de zonen van Aegyptus, die met zijn dochters wilden trouwen. Het volk van Argos koos D. tot vorst in plaats van zijn eigen koning Gelanor (of Pelasgus). Volgens een bepaalde overlevering stond Gelanor aan de afstammeling van Io terstond de koninklijke waardigheid af. Volgens anderen daagde Gelanor D. uit tot een debat; aan deze woordenstrijd zou een eind gekomen zijn doordat plotseling uit het bos een wolf te voorschijn kwam, zich op een kudde runderen wierp en de stier van de troep doodde; het volk van Argos beschouwde dit als een voorteken en riep D., die evenals de wolf plotseling gekomen was, tot koning uit. D. zou vermoord zijn door zijn schoonzoon Lynceus.

Lit. Apollodorus, Bibliotheca 2. - O. Waser (PRE 4, 2094-2098). - G. Megas, Die Sage vom Danaos und den Danaiden (Hermes 68, 1933, 415-428). [Suys-Reitsma]


mythen