(1) Victorinus van Pettau (Poetovio in Pannonië, het hedendaagse Ptuy), christelijk schrijver uit de 3e eeuw, die als martelaar stierf tijdens de diocletiaanse vervolging (ca. 304). Zoals wij uit twee bewaarde werken (een commentaar op Openb en een kort tractaat De fabrica mundi. De schepping van de wereld) kunnen afleiden, schreef V. een vrij onhandig latijn. Hieronymus (De viris illustribus 74 merkt op dat zijn grieks beter was dan zijn latijn. Duidelijk afhankelijk van grieks schrijvende exegeten als Irenaeus, Hippolytus en met name Origenes, was V. de eerste bijbelexegeet die zich van het latijn bediende. O een enkel fragment na zijn V.' overige geschriften commentaren op Gn, Ex, Lv, Js, x, Hab, Pr, Hl, Mt) verloren gegaan. Tot 1916 (uitgave van Hauszleitner) was de tekst van V.' commentaar op de Openb slechts onvolledig bekend, en wel in een bewerking van Hieronymus. V. blijkt een aanhanger van chiliastische theorieën te zijn.
Men noemt V. ook als de mogelijke vertaler en bewerker
van het oorspronkelijk in het grieks geschreven
geschriftje Adversus omnes haereses (een overzicht
van 32 dwaalleringen van de hand van de romeinse
bisschop Zephyrinus
of een van zijn clerici),
dat we kennen als een appendix bij Tertullianus' De
praescriptione (46-53).
Lit. Uitgaven: Onvolledige tekst in MPL 5, 281-344. J. Hauszleitner
(CSEL 49, Wien 1916). - M. Schuster (PRE 8A, 2081-2085). G.
Bardy (DTC 15, 2882-2887). - Bardenhewer 2, 657-663. Quasten 2,
411-413. - F. Lobue, The Turin Fragments of Tyconius' Commentary
on Revelation (Cambridge 1963). J. Doignon, Nos bons hommes
de foi: Cyprien, Lactance, Victorin, Optat, Hilaire (Augustin, De
doctrina christiana IV, 40, 61) (Latomus 22, 1963, 795-805).
[Bartelink]
(2) Victorinus Maximus, grammaticus van onbekende datum
en auteur van een werk over metriek met de
titel De ratione metrorum, met wiens naam in de
overlevering bovendien veelal behalve een Ars
(grammatica) Victorini ook de tractaten De metris
et de hexametro versu (Over de metra in het algemeen
en de hexameter in het bijzonder) en De finalibus
metrorum (ook wel in de handschriften voorkomend
als De finalibus (litteris vel syllabis) Metrorii
en handelend over de in verband met de metriek
relevante kwantiteit van de verschillende eindlettergrepen)
zijn verbonden. Ook wordt in de overlevering
niet altijd scherp onderscheiden tussen de hier
bedoelde Victorinus Maximus en Marius Victorinus.
Lit. Uitgave van de genoemde tractaten bij H. Keil, Grammatici Latini
6 (Leipzig 1923) 187-242. - GRL4, 1, 151v. [Brouwers]
(3) Marius Victorinus.