Proscriptio, 'schriftelijke bekendmaking', noemden de Romeinen de gedwongen verkoop van het bezit van een schuldenaar, maar vooral de publicatie van een lijst van personen die buiten de wet gesteld en wier bezittingen verbeurd verklaard werden. De romeinse proscripties waren zeer berucht en gevreesd.
Na de slag bij de Porta Collina (82 vC) proscribeerde Sulla ieder die na zijn landing in Italië tegen hem gevochten had; tot zijn slachtoffers behoorden 40 senatoren en ca. 1600 equites. Zijn lex Cornelia de proscriptione bepaalde dat zij tot 1 juni 81 vogelvrij waren; hun vermogen verviel aan de staat, hun zonen en kleinzonen waren van staatsambten uitgesloten en een premie werd toegekend aan hen die een geproscribeerde doodden.
Aan de proscripties van de driemannen
Octavianus,
Antonius en
Lepidus viel o.m.
Cicero ten
offer (43 vC); in totaal vonden daarbij 300 senatoren
en 2000 equites de dood. Hun onteigende vermogen werd
aangewend voor de strijd tegen de
moordenaars van Caesar.
Lit. M. Fuhrmann (PRE 23, 2440-2444). [A. J. Janssen]