Anaphe (Ἀνάφη), grieks eiland in de Aegeïsche
Zee, een van de zuidelijke Cycladen, tegenwoordig (A)naphi. S. is bergachtig en onvruchtbaar, bijna
geheel zonder bomen en ankerplaats. A. zou eerst door de Pheniciërs
o.l.v. Membliaros in bezit zijn genomen en naar hem genoemd zijn
(Steph.Byz.). De naam A. zou door de Argonauten gegeven zijn, toen zij
in een storm verzeild raakten, Apollo om hulp riepen en het eiland
als toevluchtsoord verscheen, waarop zij toen voor Apollo Aigletes een
tempel oprichtten (Apoll.Rhod. IV 1709evv). De plaats waar deze tempel
stond (aan de oostkust), wordt nu door een klooster van Panagia ingenomen,
waarin talrijke inscripties bewaard zijn, waaruit blijkt dat naast Apollo
ook Aphrodite, Asclepius en Zeus Ktesius vereerd werden. Vanaf het heiligdom
leidt een bestrate weg naar het midden van het eiland naar de hooggelegen
stad Anaphe, waarvan nog resten van stadsmuren en graven bewaard zijn.
Aan de zuidkust van het eiland was met dammen een soort kunstmatige haven
gemaakt. Het eiland was in de oudheid rijk aan patrijzen.
Lit. Hirschfeld, PRE, 2060-1.