Baetica (Βαιτική), romeinse provincie in het zuiden van Spanje,
door keizer Augustus
(ca. 27 vC?) gevormd uit
een deel van de vroegere provincie Hispania ulterior.
Baetica werd in het noorden begrensd door het dal van
de Anas (thans Guadiana) en omvatte het stroomgebied
van de Baetis (thans Guadalquivir) en de
kuststreek tussen de monding van de Anas en kaap
de Gata. De inheemse bevolking, die in de loop van
de eeuwen reeds sterke punische en griekse invloed
had ondergaan, was ten tijde van Augustus reeds
grotendeels geromaniseerd. In de eerste eeuwen nC
gold Baetica als het rijkste deel van Spanje; het exporteerde
koper, lood en zilver, wijn, olie, graan, honing
en schapen. De hoofdstad van de senatoriale
provincie Baetica was
Corduba; de aldaar residerende
romeinse gouverneurs waren oud-praetoren met de
titel van proconsul. De belangrijkste andere steden
waren Gades
(het oude Tartessus),
Hispalis,
Malaca, Astigi en Urci. Bij
Munda
ten zuiden van Corduba bracht
Julius Caesar in
45 vC Gnaeus en
Sextus Pompeius een beslissende
nederlaag toe. Aan de welvaart van Baetica kwam een
einde door de plundertochten van de Vandalen
sinds ca. 410 nC. Het christendom verbreidde zich
in deze streken reeds in de 2e en 3e eeuw.
Lit. G. C. Susini (EAA 1, 958v). - E. Albertini, Les divisions administratives de l'Espagne romaine (Paris 1923). C. W. H. Sutherland, The Romains in Spain (London 1939). R. Thouvenot, Essai sur la province romaine de Bétique (Paris 1940). A. Tovar, Iberische Landeskunde. Die Völker und die Städte des antiken Hispanien 1. Baetica (Baden-Baden 1974). [Nuchelmans]