Henna (Ἔννα), oude vestingstad op
Sicilië, gelegen
op een steile, bijna 1000 m hoge berg midden op het
eiland, ruim 50 km ten noorden van Gela en ruim
70 km ten westen van Catania, in de middeleeuwen
Castrogiovanni geheten, sinds 1927 weer Enna.
De oude inheemse nederzetting der
Siculi werd in de 5e eeuw vC gehelleniseerd en
bevond zich van 396 tot 277 vC in de macht van
Syracuse. Na de eerste punische oorlog
kwam de
stad als 'civitas libera atque immunis
' onder romeins gezag, in 214 vC, tijdens de
tweede punische oorlog,
werd zij door de romeinse commandant Pinarius
grotendeels uitgemoord wegens een poging om over
te lopen naar de Carthagers. Sindsdien was H. een
onbelangrijke 'civitas decumana', die echter de
gehele oudheid beroemd bleef als cultusplaats van de
godin Ceres;
bij het Pergusa-meer ten zuidwesten
van de stad zou haar dochter
Proserpina door Pluto
geschaakt zijn. De romeinse praetor
Verres
roofde de cultusbeelden van Ceres, Proserpina en
Triptolemus uit het heiligdom. Afgezien van enkele
muntvondsten zijn de resten van het antieke H.
zeer schaars.
Lit. Livius 24, 37-39. Cicero, In Verrem 4, 106-115. - K. Ziegler (PRE 8, 284-287). - O. Rossbach, Castrogiovanni [Nuchelmans]